Terug naar bibliotheek
Boek 5. Zakelijke rechten
Titel 3. Eigendom van onroerende zaken
Artikel 22

Artikel 22 (Betreden niet-afgesloten erf)

Laatste versie

Wanneer een erf niet is afgesloten, mag ieder er zich op begeven, tenzij de eigenaar schade of hinder hiervan kan ondervinden of op duidelijke wijze kenbaar heeft gemaakt, dat het verboden is zonder zijn toestemming zich op het erf te bevinden, een en ander onverminderd hetgeen omtrent openbare wegen is bepaald.

Uitleg in duidelijke taal

Wanneer een erf niet is afgesloten, mag ieder er zich op begeven, tenzij de eigenaar schade of hinder hiervan kan ondervinden of op duidelijke wijze kenbaar heeft gemaakt, dat het verboden is zonder zijn toestemming zich op het erf te bevinden, een en ander onverminderd hetgeen omtrent openbare wegen is bepaald.

Dit artikel betekent letterlijk: wanneer een erf (een stuk grond) niet is afgesloten, dan mag ieder persoon zich daarop begeven (erop gaan). Dit mag echter niet als de eigenaar daardoor schade of hinder kan ondervinden. Het mag ook niet als de eigenaar op duidelijke wijze kenbaar heeft gemaakt (duidelijk heeft laten weten) dat het verboden is om zich zonder zijn toestemming op het erf te bevinden. Dit alles geldt onverminderd (zonder afbreuk te doen aan) hetgeen omtrent openbare wegen is bepaald (wat er is vastgelegd over openbare wegen).