Burgerlijk Wetboek Boek 3

1. Buiten de in het vorige artikel geregelde gevallen worden tegen een of meer bepaalde personen uit te oefenen rechten geleverd door een daartoe bestemde akte, en mededeling daarvan aan die personen door de vervreemder of verkrijger.

Dit lid bepaalt dat, voor situaties die niet in het voorgaande artikel zijn behandeld, rechten die jegens een of meer specifieke personen kunnen worden uitgeoefend, worden geleverd door middel van een akte die specifiek voor dat doel is opgesteld, alsmede door een mededeling van deze levering aan die betreffende personen. Deze mededeling kan zowel door de vervreemder (degene die het recht overdraagt) als door de verkrijger (degene die het recht ontvangt) worden gedaan.

2. De levering van een tegen een bepaalde, doch op de dag waarop de akte wordt opgemaakt onbekende persoon uit te oefenen recht dat op die dag aan de vervreemder toebehoort, werkt terug tot die dag, indien de mededeling met bekwame spoed wordt gedaan, nadat die persoon bekend is geworden.

Dit lid regelt de levering van een recht dat moet worden uitgeoefend tegen een specifieke persoon die op de dag van het opmaken van de akte nog onbekend is, maar waarbij het recht op die dag wel al aan de vervreemder toebehoort. In een dergelijk geval heeft de levering terugwerkende kracht tot de dag waarop de akte is opgemaakt, op voorwaarde dat de mededeling aan de (inmiddels bekend geworden) persoon met gepaste snelheid (met bekwame spoed) plaatsvindt nadat de identiteit van die persoon bekend is geworden.

3. Deze rechten kunnen ook worden geleverd door een daartoe bestemde authentieke of geregistreerde onderhandse akte, zonder mededeling daarvan aan de personen tegen wie die rechten moeten worden uitgeoefend, mits deze rechten op het tijdstip van de levering reeds bestaan of rechtstreeks zullen worden verkregen uit een dan reeds bestaande rechtsverhouding. De levering kan niet worden tegengeworpen aan de personen tegen wie deze rechten moeten worden uitgeoefend dan na mededeling daarvan aan die personen door de vervreemder of de verkrijger. Voor de verkrijger van een recht dat overeenkomstig de eerste zin is geleverd, geldt artikel 88 lid 1 slechts, indien hij te goeder trouw is op het tijdstip van de in tweede zin bedoelde mededeling.

Dit lid beschrijft een alternatieve wijze waarop deze rechten geleverd kunnen worden: door middel van een daartoe bestemde authentieke akte of een geregistreerde onderhandse akte, zonder dat hiervan mededeling wordt gedaan aan de personen tegen wie de rechten uitgeoefend moeten worden. Dit is echter alleen mogelijk indien deze rechten op het moment van de levering al bestaan, of rechtstreeks zullen voortvloeien uit een op dat moment reeds bestaande rechtsverhouding. Belangrijk is dat deze vorm van levering pas kan worden ingeroepen tegen (tegengeworpen aan) de personen tegen wie de rechten moeten worden uitgeoefend, nadat zij hierover alsnog zijn geïnformeerd door de vervreemder of de verkrijger. Voor de verkrijger van een recht dat op deze wijze (conform de eerste zin) is geleverd, is de bescherming van artikel 88 lid 1 (bescherming tegen beschikkingsonbevoegdheid van de vervreemder) alleen van toepassing als de verkrijger te goeder trouw was op het moment dat de mededeling (zoals genoemd in de tweede zin) plaatsvond.

4. De personen tegen wie het recht moet worden uitgeoefend, kunnen verlangen dat hun een door de vervreemder gewaarmerkt uittreksel van de akte en haar titel wordt ter hand gesteld. Bedingen die voor deze personen van geen belang zijn, behoeven daarin niet te worden opgenomen. Is van een titel geen akte opgemaakt, dan moet hun de inhoud, voor zover voor hen van belang, schriftelijk worden medegedeeld.

Dit lid stelt dat de personen tegen wie het recht uitgeoefend moet worden, het recht hebben om te eisen dat zij een uittreksel van de akte en van de titel (de juridische basis van het recht) ontvangen. Dit uittreksel moet gewaarmerkt zijn door de vervreemder. Bepalingen (bedingen) in de akte of titel die voor deze personen niet relevant zijn, hoeven niet in het uittreksel te worden opgenomen. Indien er voor de titel geen akte is opgemaakt, dan moet de inhoud van die titel, voor zover deze voor hen van belang is, schriftelijk aan hen worden medegedeeld.