Artikel 51 (Keuze, eisen en aanvulling van zekerheid)
1. Wanneer uit de wet voortvloeit dat iemand verplicht is tot het stellen van zekerheid of dat het stellen van zekerheid voorwaarde is voor het intreden van enig rechtsgevolg, heeft hij die daartoe overgaat, de keuze tussen persoonlijke en zakelijke zekerheid.
2. De aangeboden zekerheid moet zodanig zijn, dat de vordering en, zo daartoe gronden zijn, de daarop vallende rente en kosten behoorlijk gedekt zijn en dat de schuldeiser daarop zonder moeite verhaal zal kunnen nemen.
3. Is de gestelde zekerheid door een niet aan de schuldeiser toe te rekenen oorzaak onvoldoende geworden, dan is de schuldenaar verplicht haar aan te vullen of te vervangen.
Uitleg in duidelijke taal
1. Wanneer uit de wet voortvloeit dat iemand verplicht is tot het stellen van zekerheid of dat het stellen van zekerheid voorwaarde is voor het intreden van enig rechtsgevolg, heeft hij die daartoe overgaat, de keuze tussen persoonlijke en zakelijke zekerheid.
Dit artikelonderdeel stelt dat als uit de wet voortvloeit dat een persoon verplicht is tot het stellen van zekerheid, of als het stellen van zekerheid een voorwaarde is voor het intreden van enig rechtsgevolg, de persoon die overgaat tot het stellen van die zekerheid, de keuze heeft tussen persoonlijke zekerheid en zakelijke zekerheid.
2. De aangeboden zekerheid moet zodanig zijn, dat de vordering en, zo daartoe gronden zijn, de daarop vallende rente en kosten behoorlijk gedekt zijn en dat de schuldeiser daarop zonder moeite verhaal zal kunnen nemen.
Dit artikelonderdeel bepaalt dat de aangeboden zekerheid van een dusdanige kwaliteit en omvang moet zijn dat de vordering van de schuldeiser, en, indien daarvoor gronden zijn, ook de rente en kosten die op de vordering vallen, behoorlijk gedekt zijn. Verder moet de zekerheid zodanig zijn dat de schuldeiser daarop zonder moeite verhaal zal kunnen nemen.
3. Is de gestelde zekerheid door een niet aan de schuldeiser toe te rekenen oorzaak onvoldoende geworden, dan is de schuldenaar verplicht haar aan te vullen of te vervangen.
Dit artikelonderdeel schrijft voor dat indien de gestelde zekerheid onvoldoende is geworden door een oorzaak die niet aan de schuldeiser toe te rekenen is, de schuldenaar verplicht is deze zekerheid aan te vullen of te vervangen.