Artikel 406 (Verplichting opstellen geconsolideerde jaarrekening)
1. De rechtspersoon die, alleen of samen met een andere groepsmaatschappij, aan het hoofd staat van zijn groep, stelt een geconsolideerde jaarrekening op, waarin opgenomen de eigen financiële gegevens met die van zijn dochtermaatschappijen in de groep, andere groepsmaatschappijen en andere rechtspersonen waarop hij een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover hij de centrale leiding heeft.
2. Een rechtspersoon waarop lid 1 niet van toepassing is, maar die in zijn groep een of meer dochtermaatschappijen heeft of andere rechtspersonen waarop hij een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover hij de centrale leiding heeft, stelt een geconsolideerde jaarrekening op. Deze omvat de financiële gegevens van het groepsdeel, bestaande uit de rechtspersoon, zijn dochtermaatschappijen in de groep, andere groepsmaatschappijen die onder de rechtspersoon vallen en andere rechtspersonen waarop hij een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover hij de centrale leiding heeft.
3. De rechtspersoon die geen bank als bedoeld in artikel 415 is, en waarvan de geconsolideerde jaarrekening voor een belangrijk deel de financiële gegevens van één of meer banken bevat, geeft in de toelichting ten minste inzicht in de solvabiliteit van de banken als één geheel.
4. De rechtspersoon die geen verzekeringsmaatschappij als bedoeld in artikel 427 lid 1 is, en waarvan de geconsolideerde jaarrekening voor een belangrijk deel de financiële gegevens van één of meer verzekeringsmaatschappijen bevat, geeft in de toelichting ten minste inzicht in de solvabiliteit van de verzekeringsmaatschappijen als één geheel.
5. In de geconsolideerde jaarrekening van een rechtspersoon, die geen bank als bedoeld in artikel 415 is, mag ten aanzien van in de consolidatie te betrekken maatschappijen die bank zijn, tezamen met de in artikel 426 lid 1, tweede zin, bedoelde maatschappijen, artikel 424 worden toegepast.
Uitleg in duidelijke taal
1. De rechtspersoon die, alleen of samen met een andere groepsmaatschappij, aan het hoofd staat van zijn groep, stelt een geconsolideerde jaarrekening op, waarin opgenomen de eigen financiële gegevens met die van zijn dochtermaatschappijen in de groep, andere groepsmaatschappijen en andere rechtspersonen waarop hij een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover hij de centrale leiding heeft.
Dit lid bepaalt dat de rechtspersoon die aan het hoofd van zijn groep staat, verplicht is een geconsolideerde jaarrekening op te stellen. Dit geldt ongeacht of deze rechtspersoon alleen of samen met een andere groepsmaatschappij de leiding heeft. In deze geconsolideerde jaarrekening moeten de eigen financiële gegevens worden opgenomen, samen met de financiële gegevens van zijn dochtermaatschappijen binnen de groep, andere groepsmaatschappijen, en andere rechtspersonen waarover de hoofdrechtspersoon een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover hij de centrale leiding heeft.
2. Een rechtspersoon waarop lid 1 niet van toepassing is, maar die in zijn groep een of meer dochtermaatschappijen heeft of andere rechtspersonen waarop hij een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover hij de centrale leiding heeft, stelt een geconsolideerde jaarrekening op. Deze omvat de financiële gegevens van het groepsdeel, bestaande uit de rechtspersoon, zijn dochtermaatschappijen in de groep, andere groepsmaatschappijen die onder de rechtspersoon vallen en andere rechtspersonen waarop hij een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover hij de centrale leiding heeft.
Dit lid richt zich op een rechtspersoon voor wie lid 1 niet geldt, maar die binnen zijn groep één of meer dochtermaatschappijen heeft, of andere rechtspersonen waarover hij een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover hij de centrale leiding heeft. Deze rechtspersoon is ook verplicht een geconsolideerde jaarrekening op te stellen. Deze jaarrekening moet de financiële gegevens van het betreffende groepsdeel bevatten. Dit groepsdeel bestaat uit de rechtspersoon zelf, zijn dochtermaatschappijen in de groep, andere groepsmaatschappijen die onder deze rechtspersoon vallen, en andere rechtspersonen waarover hij een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover hij de centrale leiding heeft.
3. De rechtspersoon die geen bank als bedoeld in artikel 415 is, en waarvan de geconsolideerde jaarrekening voor een belangrijk deel de financiële gegevens van één of meer banken bevat, geeft in de toelichting ten minste inzicht in de solvabiliteit van de banken als één geheel.
Dit lid stelt dat een rechtspersoon die zelf geen bank is (zoals omschreven in artikel 415), maar wiens geconsolideerde jaarrekening voor een aanzienlijk deel de financiële gegevens van één of meerdere banken bevat, verplicht is om in de toelichting van die jaarrekening minimaal inzicht te verschaffen in de solvabiliteit van die banken, beschouwd als één geheel.
4. De rechtspersoon die geen verzekeringsmaatschappij als bedoeld in artikel 427 lid 1 is, en waarvan de geconsolideerde jaarrekening voor een belangrijk deel de financiële gegevens van één of meer verzekeringsmaatschappijen bevat, geeft in de toelichting ten minste inzicht in de solvabiliteit van de verzekeringsmaatschappijen als één geheel.
Dit lid bepaalt dat een rechtspersoon die zelf geen verzekeringsmaatschappij is (zoals omschreven in artikel 427 lid 1), maar wiens geconsolideerde jaarrekening voor een aanzienlijk deel de financiële gegevens van één of meerdere verzekeringsmaatschappijen bevat, verplicht is om in de toelichting van die jaarrekening minimaal inzicht te verschaffen in de solvabiliteit van die verzekeringsmaatschappijen, beschouwd als één geheel.
5. In de geconsolideerde jaarrekening van een rechtspersoon, die geen bank als bedoeld in artikel 415 is, mag ten aanzien van in de consolidatie te betrekken maatschappijen die bank zijn, tezamen met de in artikel 426 lid 1, tweede zin, bedoelde maatschappijen, artikel 424 worden toegepast.
Dit lid geeft aan dat in de geconsolideerde jaarrekening van een rechtspersoon die zelf geen bank is (zoals omschreven in artikel 415), het toegestaan is om artikel 424 toe te passen met betrekking tot maatschappijen die in de consolidatie betrokken moeten worden en die bank zijn. Dit geldt ook voor de maatschappijen die bedoeld worden in artikel 426 lid 1, tweede zin. Artikel 424 bevat specifieke regels voor banken.