Terug naar bibliotheek
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2025:3956 - Raad van State - 21 augustus 2025

Uitspraak

ECLI:NL:RVS:2025:395621 augustus 2025

Rechtsgebieden

Uitspraak inhoud

202404356/2/V6.

Datum beslissing: 21 augustus 2025

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Beslissing op grond van artikel 8:29, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) in het hoger beroep van:

[appellant], wonend in [woonplaats],

appellant,

tegen de uitspraak van de rechtbank Overijssel van 3 juli 2024 in zaak nr. 23/146 in het geding tussen:

[appellant]

en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.

Procesverloop

[appellant] heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Overijssel van 3 juli 2024 in zaak nr. 23/146.

De minister van Asiel en Migratie (hierna: de minister) heeft, op verzoek van de Afdeling met toepassing van artikel 8:45 van de Awb, de vertrouwelijke versie van een gedingstuk afkomstig van de Immigratie- en Naturalisatiedienst, Bureau Documenten (hierna: Bureau Documenten) overgelegd en met verwijzing naar artikel 8:29 van de Awb medegedeeld dat uitsluitend de Afdeling kennis zal mogen nemen van dit stuk.

Het betreft het onderzoeksrapport dat ten grondslag ligt aan de verklaring van onderzoek van Bureau Documenten van 27 mei 2021, met zaaknummer Z1-115771789784.

Overwegingen

1.       De minister heeft de Afdeling wegens het bestaan van gewichtige redenen verzocht te bepalen dat alleen de Afdeling van het stuk kennis zal nemen.

2.       Gelet op artikel 8:29, derde lid, van de Awb beslist de Afdeling of de weigering dan wel beperking van de kennisneming van een stuk gerechtvaardigd is. Deze beslissing vergt een afweging van belangen. Enerzijds speelt hierbij het belang dat partijen gelijkelijk beschikken over de voor het hoger beroep relevante informatie en het belang dat de bestuursrechter beschikt over alle informatie die nodig is om de zaak op een juiste en zorgvuldige wijze af te doen. Daartegenover staat dat de kennisneming door partijen van bepaalde gegevens het algemeen belang, het belang van één of meer partijen en/of het belang van derden onevenredig kan schaden.

3.       De minister heeft aan zijn verzoek ten grondslag gelegd dat kennisname van informatie over methoden van onderzoek, technieken en bronmateriaal inzicht kan geven in de onderzoeksmethoden en -technieken van Bureau Documenten. Volgens de minister kan dit ertoe leiden dat de informatie wordt gebruikt voor verbetering, verandering en/of vervalsing van documenten, wat tot gevolg kan hebben dat documenten niet meer op juistheid te beoordelen zijn en dat beleid niet meer effectief en op een juiste wijze kan worden uitgevoerd.

4.       De Afdeling heeft kennisgenomen van het analyseformulier onderzoek waarin door Bureau Documenten wordt uitgelegd hoe het tot zijn conclusies is gekomen over de overgelegde identiteitskaart en het paspoort.  Naar het oordeel van de Afdeling weegt het belang van bescherming van de werkwijze van Bureau Documenten zwaarder dan het belang van [appellant] bij kennisneming van het stuk. De Afdeling neemt daarbij in aanmerking dat kennisneming van de informatie over onderzoeksmethoden en -technieken en bronmateriaal zou kunnen leiden tot verbetering of verandering van de vervalsing van documenten en daarmee de belemmering van de werkwijze van Bureau Documenten.

5.       De Afdeling acht daarom het verzoek tot beperkte kennisneming gerechtvaardigd.

Beslissing

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:

wijst het verzoek toe.

Aldus vastgesteld door mr. J.Th. Drop, lid van de enkelvoudige geheimhoudingskamer, in tegenwoordigheid van mr. D.I. van Kesteren, griffier.

Het lid van de enkelvoudige geheimhoudingskamer is verhinderd de beslissing te ondertekenen.

w.g. Van Kesteren

griffier

Uitgesproken in het openbaar op 21 augustus 2025

897