ECLI:NL:RVS:2025:3303 - Raad van State - 15 juli 2025
Uitspraak
Rechtsgebieden
Genoemde wetsartikelen
Uitspraak inhoud
202502410/2/R3.
Datum uitspraak: 15 juli 2025
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
Villa Thalia en anderen, gevestigd in Rotterdam,
verzoekers,
en
1. het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam,
2. de raad van de gemeente Rotterdam,
verweerders.
Openbare zitting gehouden op 15 juli 2025 om 10:00 uur.
Tegenwoordig:
Staatsraad mr. E.A. Minderhoud, voorzieningenrechter
griffier: mr. M. Priem
Verschenen:
Villa Thalia en anderen, vertegenwoordigd door mr. Z.B. Gyömörei, advocaat in Den Haag;
Het college en de raad, vertegenwoordigd door mr. D.S.P. Roelands-Fransen, advocaat in Den Haag, en mr. M. Himbaza-Zee;
Vorm Ontwikkeling B.V. en anderen, vertegenwoordigd door [gemachtigden], bijgestaan door mr. G. Koop, advocaat in Amsterdam.
====================================
Bij besluit van 20 februari 2025 heeft de raad het bestemmingsplan "Lumière" vastgesteld.
Verder heeft het college een omgevingsvergunning verleend voor onder meer de bouw van 263 woningen en een hotel.
Deze besluiten zijn met toepassing van de gemeentelijke coördinatieregeling als bedoeld in artikel 3.30 van de Wet ruimtelijke ordening gecoördineerd voorbereid en ter inzage gelegd. Hiertoe heeft de raad op 7 juli 2022 een coördinatiebesluit genomen.
Tegen deze besluiten, behalve het coördinatiebesluit, is door onder meer Villa Thalia en anderen beroep ingesteld. Ook hebben zij de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen hangende hun beroep.
Beslissing
De voorzieningenrechter
wijst het verzoek af;
Daartoe overweegt hij het volgende.
Villa Thalia en anderen hebben een verzoek om voorlopige voorziening ingediend omdat Vorm Ontwikkeling B.V. en anderen met de voorliggende besluiten kunnen overgaan tot de realisatie van de op het snijvlak van de Lijnbaan, het Schouwburgplein en het Rotterdam Central District (hierna: de Lumièrelocatie), te realiseren hoogbouwontwikkeling. De verwezenlijking en ingebruikname van deze ontwikkeling, heeft volgens Villa Thalia en anderen tot gevolg dat zij als gevolg van de geluidbelasting vanwege haar bedrijfsvoering niet meer kan voldoen aan de geldende geluidnormen.
Naar het oordeel van de voorzieningenrechter bestaat op dit moment geen spoedeisend belang bij de door verzoekers gevraagde voorziening. Hiertoe overweegt de voorzieningenrechter dat de enkele inwerkingtreding van de besluiten niet tot gevolg heeft dat de bestaande exploitatie van de horeca-inrichtingen die door Villa Thalia en anderen worden geëxploiteerd, zal worden ingeperkt. De voorzieningenrechter constateert dat met het bestemmingsplan en de verleende omgevingsvergunning evenwel kan worden begonnen met de realisatie van bebouwing op de Lumièrelocatie, waarbinnen geluidgevoelige functies kunnen worden gerealiseerd die mogelijk tot een inperking van de bedrijfsmogelijkheden van Villa Thalia en anderen kunnen leiden. Bij brieven van 22 mei 2025 en 11 juli 2025 en op de zitting hebben Vorm Ontwikkeling B.V. en anderen echter toegelicht dat er in afwachting van de bodemprocedure niet zal worden aangevangen met de werkzaamheden in het plangebied. Hierdoor bestaat er vooralsnog geen reden om aan te nemen dat er op korte termijn, en in elk geval niet voordat uitspraak is gedaan in de bodemzaak, nieuwe geluidgevoelige bestemmingen zullen worden gerealiseerd in de nabijheid van de horeca-inrichtingen die worden geëxploiteerd door Villa Thalia en anderen. Omdat de bezwaren van Villa Thalia en anderen zich primair richten tegen de gevolgen van de voorziene woningbouw/gevoelige functies voor hun bedrijfsvoering, ontbreekt aan hun zijde nu een spoedeisend belang bij de gevraagde voorziening. Mocht zich de situatie voordoen dat ondanks de door Vorm Ontwikkeling B.V. en anderen gedane toezegging er toch wordt aangevangen met de activiteiten waarin het bestemmingsplan en de omgevingsvergunning voorzien, kan door Villa Thalia en anderen opnieuw een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend.
De raad en het college hoeven geen proceskosten te vergoeden.
w.g. Minderhoud
voorzieningenrechter
w.g. Priem
griffier
646