Terug naar bibliotheek
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2025:6082 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 2 september 2025

Uitspraak

ECLI:NL:RBZWB:2025:60822 september 2025

Rechtsgebieden

Uitspraak inhoud

Team strafrecht Locatie Breda

rk.nummer: 25-010367 datum: 2 september 2025

Beslissing op het klaagschrift ex artikel 552a Sv van:

[klager], geboren op [geboortedag] 1984, wonende te [woonadres]. Advocaat: mr. drs. L. Verheuvel, (4331 CB) Middelburg, Lange Noordstraat 29.

1 De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende stukken:

Op 19 augustus 2025 heeft het onderzoek door de raadkamer plaatsgevonden. Hierbij zijn de officier van justitie mr. C.P.G. Tax en mr. L. Verheuvel als gemachtigd advocaat van klager, gehoord.

Klager is behoorlijk opgeroepen, maar niet bij de behandeling van het klaagschrift verschenen.

Het klaagschrift strekt tot opheffing van het beslag met last tot teruggave aan de klager. Daartoe is aangevoerd dat klager eigenaar is van de inbeslaggenomen Audi. Hij had geen betrokkenheid bij plaatsing van de kilometerblokker - die al uit de auto is verwijderd - en ook geen wetenschap daarvan. Klager had ook geen enkel belang bij plaatsing van een blokker in de auto nu hij de auto zelf had onderverhuurd als onderpand voor een geldlening. Klager stelt zich op het standpunt dat geen strafvorderlijk belang de teruggave van de auto in de weg staat en verwijst daarbij naar uitspraken van de rechtbanken Overijssel (ECLI:NL:RBOVE:2025:807), Midden-Nederland (ECLI:NL:RBMNE:2025:2645) en Den Haag (ECLI:NL:RBDHA:2025:12674). In de onderliggende zaken ging het ook over een kilometerblokker die in de auto was aangetroffen. Dit gaf - na verwijdering van de kilometerblokker - geen aanleiding om tot een onttrekking van het verkeer van de auto over te gaan. In de zaak van de Rechtbank Den Haag betrof het eenzelfde auto als die van klager. Na onderzoek bleek dat bij dit model de daadwerkelijke kilometerstand kan worden achterhaald. Klager ziet dan ook niet hoe de auto - zonder kilometerblokker - een zodanig gevaar voor de verkeersveiligheid oplevert dat deze nooit meer in het verkeer zou mogen komen. Volgens de raadsman gebeurt het overigens wel vaker dat auto’s met een onbetrouwbare kilometerstand worden verkocht. De RDW geeft hieromtrent dan doorgaans aan: “geen oordeel”. Klager handhaaft het primaire verzoek om teruggave van de auto en verzoekt subsidiair om teruggave van de auto zonder kilometerblokker. Meer subsidiair sluit klager zich aan bij de uitspraak van de rechtbank Den Haag en verzoekt de rechtbank te volstaan met een teruggave van de auto onder de voorwaarde dat er bij een erkende Audidealer een servicebeurt wordt uitgevoerd. Na een geslaagde Algemene Periodieke Keuring (APK) kan de auto dan gewoon weer veilig deelnemen aan het verkeer. Klager is bereid om de auto na de keuring te laten controleren door de politie. Tenslotte wordt door klager gesteld dat de auto een aanzienlijke economische waarde (nieuwwaarde € 260.990,--) vertegenwoordigt en hij onevenredig hard geraakt zou worden als de auto niet aan hem zou worden teruggeven.

De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de auto niet teruggegeven kan worden aan de klager. Het ongecontroleerde bezit van een voertuig met kilometerblokker is in strijd met het algemeen belang en de wet, nu de kilometerstand en daarmee de technische staat van het voertuig onduidelijk is. Bovendien is de auto onbetrouwbaar, omdat er een kilometerblokker in heeft gezeten. Door het voertuig te vernietigen, wordt de integriteit van voertuigregistratie beschermd. Het voorkomt dat een gemanipuleerd voertuig opnieuw op de markt komt. Potentiële kopers worden door de maatregel beschermd tegen misleiding. Om het bedrog te stoppen en de verkeersveiligheid te waarborgen, dient het betreffende voertuig volgens de huidige landelijke richtlijn te worden onttrokken aan het verkeer.

2 De beoordeling

De raadkamer van de rechtbank is bevoegd tot afdoening van het klaagschrift.

Het klaagschrift is tijdig ingediend en klager is ontvankelijk in zijn beklag.

Kader Bij de beoordeling stelt de rechtbank voorop dat het onderzoek in raadkamer een summier karakter heeft. Dat betekent dat van de rechter niet kan worden gevraagd ten gronde in de mogelijke uitkomst van een nog te voeren hoofdzaak of ontnemingsprocedure te treden.

De rechtbank overweegt over het klaagschrift tegen het strafvorderlijk beslag dat is gelegd op grond van artikel 94 Sv als volgt.

Volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad, moet de rechter, bij een op grond van artikel 94 Sv gelegd beslag:

a. beoordelen of het belang van strafvordering het voortduren van het beslag vordert, en zo nee,

b. de teruggave van het inbeslaggenomen voorwerp gelasten aan de beslagene, tenzij een ander redelijkerwijs als rechthebbende van dat voorwerp moet worden beschouwd.

In dit laatste geval moet het klaagschrift van de beslagene ongegrond worden verklaard.

Het beslag op de voorwerpen blijft gehandhaafd als er een strafvorderlijk belang is op grond van artikel 94 Sv. Dat is het geval wanneer:

  • de desbetreffende voorwerpen kunnen dienen om de waarheid aan de dag te brengen of om wederrechtelijk verkregen voordeel aan te tonen en/of

  • het niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, de verbeurdverklaring van het voorwerp zal bevelen en/of

  • het niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, de onttrekking aan het verkeer van het voorwerp zal bevelen.

Rechthebbende De rechtbank stelt op basis van de raadkamerstukken vast dat klager als rechthebbende van de auto kan worden aangemerkt. Dit is in raadkamer ook niet weersproken.

Strijd met wet/algemeen belang De rechtbank stelt vast dat in de inbeslaggenomen auto een kilometerblokker - in de vorm van een extra kabel met elektronische regeling achter de kilometerteller - was ingebouwd. Hiermee is de daadwerkelijke kilometerstand van een auto negatief beïnvloed.

Een auto met een kilometerblokker komt in beginsel in aanmerking voor onttrekking aan het verkeer, omdat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of het algemeen belang. Het gebruik van een dergelijke kilometerblokker is namelijk illegaal en strafbaar gesteld in artikel 70m van de Wegenverkeerswet 1994. De rechtbank is van oordeel dat het ongecontroleerde bezit van de auto in dit geval niet in strijd is met enige wettelijke bepaling, omdat de kilometerblokker op 6 januari 2025 door de politie uit de auto is verwijderd, zo blijkt uit het hierover opgemaakte proces-verbaal van bevindingen.

De rechtbank ziet zich thans voor de vraag gesteld of het ongecontroleerde bezit van de auto, waar een kilometerblokker in heeft gezeten, in strijd is met het algemeen belang (vanwege de verkeersveiligheid en/of de integriteit van het handelsverkeer).

Integriteit handelsverkeer De rechtbank stelt voorop dat de waarde van een auto in belangrijke mate mede wordt bepaald door het aantal gereden kilometers. De kilometerstand wordt niet gecorrigeerd op het moment dat de kilometerblokker wordt verwijderd. Omdat de kilometerstand een van de belangrijkste factoren is voor het bepalen van de waarde van een voertuig, komt hierdoor de integriteit van het handelsverkeer in gevaar en kan fraude worden gepleegd met de auto.

De raadsman heeft in raadkamer aangevoerd dat het mogelijk is om de daadwerkelijke kilometerstand van de auto van klager te achterhalen en daarom niet wordt gezien hoe de auto - zonder kilometerblokker - de integriteit van het handelsverkeer in gevaar brengt. De raadsman heeft hiertoe verder geen stukken overgelegd waaruit dit zou blijken. De rechtbank kan dan ook niet vaststellen dat na verwijdering van de kilometerblokker het daadwerkelijk aantal gereden kilometers nog kan worden vastgesteld en de integriteit van het handelsverkeer daarmee, of op andere wijze, daadwerkelijk kan worden gewaarborgd. De enkele verwijzing naar een andere uitspraak waarbij sprake was van eenzelfde soort auto, is hiertoe onvoldoende.

Verkeersveiligheid Nu de kilometerstand is beïnvloed door de kilometerblokker, is niet duidelijk of de staat van onderhoud van de auto en de onderdelen in de auto, gelet op het aantal gereden kilometers, nog voldoen aan de eisen voor de verkeersveiligheid. De raadsman heeft in raadkamer aangevoerd dat niet wordt gezien hoe de auto - zonder kilometerblokker - een zodanig gevaar voor de verkeersveiligheid oplevert dat deze nooit meer in het verkeer zou mogen komen en heeft daartoe verwezen naar uitspraken van de rechtbanken Midden-Nederland en Den Haag waarin een deskundige zich hierover heeft uitsproken. Naar het oordeel van de rechtbank zijn deze genoemde zaken echter niet zonder meer te vergelijken met de onderhavige zaak en kunnen de antwoorden van de deskundige niet zonder meer worden overgenomen. In de zaken waar de raadsman naar verwijst waren ook veel meer details over de inbeslaggenomen auto en overige omstandigheden bekend dan in onderhavige zaak. De raadsman heeft hiertoe met betrekking tot de inbeslaggenomen auto van klager verder geen specifieke omstandigheden naar voren gebracht. Onduidelijk is bijvoorbeeld of bij de in beslag genomen auto de werkelijke kilometerstand nog is te achterhalen. Ook is niet duidelijk geworden hoe de verkeersveiligheid, gelet op de risico’s die er zijn, in dit concrete geval is gewaarborgd.

Gelet op deze omstandigheden - uitgaande van de stand van zaken ten tijde van de behandeling van het klaagschrift en met inachtneming van het summiere karakter van de raadkamer - acht de rechtbank het niet hoogst onwaarschijnlijk dat de strafrechter, later oordelend, de onttrekking aan het verkeer van de auto zal bevelen.

De raadsman heeft in raadkamer nog aangevoerd dat voortduring van het beslag disproportioneel is, gelet op de aanzienlijke waarde die de auto vertegenwoordigt en omdat hij onevenredig hard geraakt zou worden als de auto niet aan hem zou worden teruggeven. Dit is echter op geen enkele wijze met objectieve stukken onderbouwd, zodat daar niet zonder meer van uitgegaan kan worden Zo ontbreken bijvoorbeeld stukken waaruit valt af te leiden wanneer klager de auto heeft gekocht en voor welk bedrag en waarom hij onevenredig hard geraakt zou worden als hij de auto niet terug zou krijgen. Bij deze stand van zaken en gelet op wat hiervoor is overwogen, is de rechtbank van oordeel dat voortduring van het beslag niet disproportioneel is.

Ten overvloede merkt de rechtbank op dat de wet niet voorziet in de mogelijkheid dat een rechter die over het klaagschrift oordeelt voorwaarden te verbinden aan teruggave van een beslaggenomen voorwerp (ECLI:NL:HR:2021:1573).

3 De beslissing

De rechtbank:

  • verklaart het klaagschrift ongegrond.

Deze beslissing is genomen door mr. R.H.M. Pooyé, rechter, in tegenwoordigheid van mr. S.H.M.R. Chevalier-Verbunt, griffier, en is uitgesproken op de openbare zitting van 2 september 2025.

De griffier is niet in de gelegenheid deze beslissing mede te ondertekenen.

INFORMATIE RECHTSMIDDEL Tegen deze beslissing kan door het Openbaar Ministerie binnen veertien dagen na dagtekening van deze beslissing en door de klager binnen veertien dagen na de betekening van deze beslissing beroep in cassatieworden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden te 's-Gravenhage (artikel 552d lid 2 Wetboek van Strafvordering).