Uitspraak inhoud

locatie Rotterdam

zaaknummer: 11261157 VZ VERZ 24-7495

datum uitspraak: 13 september 2024

Beschikking van de kantonrechter

in de zaak van

[verzoeker], woonplaats: Rotterdam, verzoeker, gemachtigde: [naam gemachtigde] ,

tegen

Volkswagen Pon Financial Services B.V., vestigingsplaats: Amersfoort, verweerster, die nog geen gelegenheid heeft gehad om te reageren.

De partijen worden hierna ‘ [verzoeker] ’ en ‘Volkswagen’ genoemd.

1 De beoordeling

1.1. De rechtbank Rotterdam, afdeling Kanton heeft op 13 augustus 2024 een verzoekschrift met bijlagen ontvangen van [verzoeker] . Hij stelt daarin het volgende. [verzoeker] heeft een financieringsovereenkomst met Volkswagen gesloten. Volkswagen heeft op een gegeven moment het gefinancierde bedrag opgeëist en dat in het BKR-register laten registreren. Volgens [verzoeker] is dit onterecht. Hij heeft last van deze registratie, onder andere omdat hij een huis wil kopen.

1.2. [verzoeker] verzoekt de kantonrechter:

1.3. Het verzoek van [verzoeker] gaat in de kern om het verwijderen van de BKR-registratie. Zoals [verzoeker] in de kop van het verzoekschrift heeft vermeld, is dit verzoek gebaseerd op artikel 79 AVG. Voor deze zaken is inderdaad een verzoekschriftprocedure voorgeschreven (artikel 35 UAVG). De kantonrechter is echter voorlopig van oordeel dat [verzoeker] dit verzoekschrift had moeten indienen bij de afdeling Handel en Haven en dus niet bij de kantonrechter. Het uitgangspunt is namelijk dat verzoekschriften in eerste aanleg worden behandeld door de rechtbank (artikel 42 RO). Voor bepaalde verzoeken is in de wet bepaald dat de kantonrechter deze mag behandelen, maar dat is niet het geval voor verzoeken op grond van de AVG.

1.4. De kantonrechter is daarom van plan om deze procedure te verwijzen naar de afdeling Handel en Haven van deze rechtbank (artikel 71 Rv). De kantonrechter geeft beide partijen eerst de gelegenheid om zich uit te laten over dit voornemen. Als de partijen niets van zich laten horen, gaat de kantonrechter ervan uit dat zij geen bezwaren hebben.

1.5. Omdat Volkswagen nog niet op de hoogte is van het verzoekschrift, wordt tegelijk met deze tussenbeschikking het verzoekschrift van [verzoeker] aan haar gezonden.

2 De beslissing

De kantonrechter:

2.1. geeft beide partijen de gelegenheid om zich uiterlijk 11 oktober 2024 uit te laten over het voornemen van de kantonrechter om deze zaak te verwijzen naar team Handel en Haven van deze rechtbank.

Deze beschikking is gegeven door mr. A.M. van Kalmthout en in het openbaar uitgesproken. 33394