Terug naar bibliotheek
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2025:6015 - Rechtbank Overijssel - 9 oktober 2025

Uitspraak

ECLI:NL:RBOVE:2025:60159 oktober 2025

Uitspraak inhoud

Team Strafrecht

Zittingsplaats Almelo

Parketnummer: 08.710472.05 Datum uitspraak: 9 oktober 2025

Beslissingop de vordering van het Openbaar Ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van:

[terbeschikkinggestelde], geboren op [geboortedatum] 1978 te [geboorteplaats] , verblijvende in Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) De Rooyse Wissel te Oostrum, hierna te noemen: de terbeschikkinggestelde.

1 De aanleiding

De terbeschikkinggestelde is bij vonnis van de rechtbank Almelo van 13 september 2005 ter beschikking gesteld met bevel tot verpleging van overheidswege, na bewezenverklaring van de misdrijven:

De terbeschikkingstelling is ingegaan op 27 september 2006. De maatregel is laatstelijk verlengd bij beslissing van deze rechtbank van 5 oktober 2023 en eindigt, behoudens nadere voorziening, op 27 september 2025.

2 De stukken

De rechtbank heeft kennis genomen van de op grond van artikel 6:6:12 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) overgelegde stukken, te weten:

  • het verlengingsadvies van FPC De Rooyse Wissel (hierna: de kliniek) van

25 juli 2025, opgemaakt en ondertekend door [naam 1] , MSc., hoofd behandeling, prof. Dr. M. Braakman, psychiater en cultureel antropoloog, en [naam 2] , algemeen directeur en plaatsvervangend hoofd van de instelling;

  • de wettelijke aantekeningen over de periode van 9 juni 2023 tot 18 juni 2025.

3 De procedure

Het Openbaar Ministerie heeft op 12 augustus 2025 een vordering ingediend tot verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaren.

Het onderzoek van de zaak heeft plaatsgevonden op de openbare terechtzitting van 25 september 2025.

De rechtbank heeft op die zitting gehoord:

De officier van justitie heeft ter zitting gepersisteerd bij de vordering tot verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling met twee jaren.

De terbeschikkinggestelde en zijn raadsman hebben geen bezwaar tegen verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling.

4 De beoordeling

De vordering is op 12 augustus 2025 ingediend. Dit is tijdig.

De rechtbank dient op grond van het bepaalde in de artikelen 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht (Sr) te bepalen of de termijn van de maatregel van terbeschikkingstelling moet worden verlengd.

De rechtbank neemt bij haar overwegingen het over de terbeschikkinggestelde opgemaakte verlengingsadvies van de kliniek en de toelichting van de deskundige ter zitting in aanmerking.

Het verlengingsadvies van de kliniek Het rapport van de kliniek houdt, zakelijk weergegeven, onder meer het volgende in. Bij de terbeschikkinggestelde is sprake van een antisociale persoonlijkheidsstoornis, een borderline persoonlijkheidsstoornis en zwakbegaafdheid. Daarnaast is sprake van een stoornis in gebruik van middelen (alcohol, cocaïne en cannabis). Er is sprake van een behandelimpasse binnen de huidige kliniek. In de afgelopen jaren zijn er zes resocialisatiepogingen ondernomen en heeft de terbeschikkinggestelde op verschillende afdelingen verbleven. De laatste resocialisatiepoging bij Forensische Psychiatrische Kliniek Transfore is eveneens mislukt, waardoor de terbeschikkinggestelde sinds juni 2024 weer in de kliniek verblijft. Wanneer een resocialisatietraject wordt afgebroken, is contactherstel voor de terbeschikkinggestelde moeilijk. Zijn gedrag wordt dan eerder destructief, voortkomend uit een borderlinedynamiek. Hij ervaart veel boosheid waar hij moeilijk mee kan omgaan. Hierdoor stoot hij anderen af, vertoont negatief gedrag of verbreekt het contact door middel van middelengebruik, wat weer leidt tot een negatieve dynamiek binnen het resocialisatietraject. Contactopbouw en het aangaan van een therapeutische relatie zijn moeilijk voor de terbeschikkinggestelde, waardoor een nieuw resocialisatietraject bemoeilijkt wordt. Verlies van perspectief versterkt deze negatieve spiraal. Zijn zwakbegaafdheid zorgt ervoor dat hij moeite heeft met zelfreflectie, wat het lastig maakt vooruitgang te boeken in therapie. De terbeschikkinggestelde laat de afgelopen periode een wisselend gedragsbeeld zien, wat heeft geleid tot plaatsing op de Forensic High & Intensive Care (FHIC). De problematiek van de terbeschikkinggestelde is nog onvoldoende bewerkt om een terugval in middelengebruik en risicovol (delict)gedrag te voorkomen. Er is veelvuldig sprake van het gebruik van cannabis. Het recidiverisico wordt zonder zorg als hoog ingeschat. Er is momenteel intensieve zorg en begeleiding nodig om de complexe psychiatrische- en verslavingsproblematiek voldoende te kunnen hanteren. Het bieden van structuur, het bevorderen van abstinentie, het generaliseren van regels en afspraken en de ontwikkeling van adequate copingstrategieën, vormen hierbij centrale elementen. Sinds het voorjaar is gestart met het instellen van de terbeschikkinggestelde op Clozapine, om meer rust te bieden. Sindsdien is de terbeschikkinggestelde vooruitgegaan: hij is veel op de afdeling en er is een goede sfeer. De terbeschikkinggestelde verblijft al zeer lang in de kliniek en gezien de vastgelopen resocialisatiepogingen vindt de kliniek een tweede behandelpoging passend. De kliniek heeft in juni 2025 een overplaatsingsverzoek ingediend bij het ministerie. De koers en prognose zijn afhankelijk van de uitkomst van het overplaatsingsverzoek. Een overplaatsing zou de terbeschikkinggestelde de kans geven om een nieuwe start te maken in een geheel nieuwe omgeving, zonder druk vanuit een resocialisatiekader. Een nieuwe kliniek kan mogelijk met nieuwe inzichten en mogelijkheden het behandel- en resocialisatietraject van de terbeschikkinggestelde bekijken. Plaatsing binnen een longcare-voorziening wordt nog steeds als een mogelijkheid gezien, omdat dit wordt beschouwd als een duurzame verblijfplaats. De terbeschikkinggestelde zou graag richting Noord-Nederland uitstromen; daarom zou een overplaatsing naar de Van Mesdagkliniek passend kunnen zijn. De kliniek adviseert de maatregel met twee jaar te verlengen.

De toelichting van de deskundige ter zitting De deskundige heeft het advies om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen ter zitting gehandhaafd. De kliniek heeft recent gehoord dat de Van Mesdagkliniek de terbeschikkinggestelde niet wil overnemen. Sinds februari 2025 is echter sprake van positieve ontwikkelingen. Er heeft een medicatiewijziging plaatsgevonden, waarvan voorzichtige positieve effecten zichtbaar zijn. Dit sluit aan bij wat de pro Justitia rapporteurs in 2023 adviseerden. Op de afdeling doen zich minder agressie- en impulsdoorbraken voor. De terbeschikkinggestelde is beter in samenwerking, wat de kliniek ertoe heeft gebracht een opnieuw een behandelpoging te willen starten. Mocht deze behandelpoging mislukken, dan lijkt een overplaatsing naar een longcare-afdeling aangewezen. De kliniek wil proberen de ingezette positieve lijn voort te zetten. Er wordt gekeken naar een zinvolle dagbesteding en er zal een nieuwe verlofaanvraag worden ingediend, (nog) niet zozeer in het kader van resocialisatie, maar vooral met het oog op verbetering van de kwaliteit van leven. Indien aan de orde, zal binnen een strak kader ook onbegeleid werkverlof worden aangevraagd. Het doel hiervan is om de terbeschikkinggestelde dagstructuur te bieden en de kwaliteit van leven te verbeteren.

Het oordeel van de rechtbank

Gelet op het verlengingsadvies en hetgeen tijdens de zitting is besproken, is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen eist dat de maatregel van terbeschikkingstelling wordt verlengd. Er is nog sprake van stoornissen en van een recidiverisico. Aan de criteria voor verlenging is voldaan.

De rechtbank stelt vast dat de terbeschikkingstelling in de afgelopen jaren wisselend is verlopen, maar dat zich inmiddels weer een voorzichtig positieve ontwikkeling lijkt af te tekenen. Hoewel de terbeschikkinggestelde periodes kent van redelijk functioneren binnen de huidige kliniek, zijn de ten tijde van het indexdelict aanwezige risicofactoren nog immer actueel. De terbeschikkinggestelde valt bij herhaling terug in drugsgebruik en is, na een mislukte resocialisatiepoging, in juni 2024 weer teruggeplaatst in de kliniek. Het voorgestelde resocialisatietraject en de uitstroom naar een vervolgvoorziening zijn hierdoor gefrustreerd. Feitelijk is het behandelplafond in de huidige kliniek bereikt en staat het behandel- en resocialisatietraject van de terbeschikkinggestelde daardoor opnieuw stil. Er is geen sprake van een afname van het recidiverisico en, zonder actieve inzet van de terbeschikkinggestelde, is er geen uitzicht op vooruitgang. De kliniek heeft een overplaatsingsverzoek ingediend voor een tweede behandelpoging in een andere kliniek, maar dit verzoek is recent afgewezen.

Sinds februari 2025 functioneert de terbeschikkinggestelde echter stabiel, mede dankzij een wijziging in de medicatie, en lijkt zich opnieuw een voorzichtige positieve ontwikkeling af te tekenen. De terbeschikkinggestelde is beter in samenwerking en laat minder agressie, impulsdoorbraken en drugsgebruik zien, waarop de kliniek heeft besloten om hem een nieuwe kans te geven om in de huidige kliniek verder te gaan met zijn traject. De kliniek onderzoekt de mogelijkheden om het traject opnieuw vorm te geven. In de komende periode zal een nieuwe verlofaanvraag worden ingediend en wordt ingezet op een zinvolle dagbesteding, zo mogelijk in de vorm van werk buiten de kliniek. Het traject van de terbeschikkinggestelde zal nog geruime tijd duren. Het recidiverisico wordt bij beëindiging van de maatregel nog steeds als hoog ingeschat, zodat verlenging van de maatregel noodzakelijk is. De rechtbank zal de terbeschikkingstelling met twee jaren verlengen.

5 De beslissing

De rechtbank:

  • verlengt de terbeschikkingstelling van [terbeschikkinggestelde] met twee jaren.

Aldus gegeven door mr. M.H. van der Lecq, voorzitter, mr. C. Verdoold en mr. T.H. Kapinga, rechters, in tegenwoordigheid van Z. Demir als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 9 oktober 2025.