ECLI:NL:RBNNE:2025:3742 - Rechtbank Noord-Nederland - 14 augustus 2025
Uitspraak
Rechtsgebieden
Genoemde wetsartikelen
Uitspraak inhoud
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Zittingsplaats Leeuwarden
Bestuursrecht
beschikkingsnummer: 264139168 zaaknummer: 11500803 BU VERZ 25-39
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak gedaan op de openbare zitting van 14 augustus 2025
in de zaak van
[betrokkene] (de betrokkene),
die woont in [woonplaats] .
Inleiding
- Aan betrokkene is een boete opgelegd op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). De verkeersovertreding waarvoor de boete is opgelegd is: ‘als bestuurder tijdens het rijden een mobiel elektronisch apparaat vasthouden’, verricht op 8 februari 2024, om 09:21 uur, op de Rijksweg A32 in Grou, met een personenauto, met kenteken [kenteken] . De opgelegde boete bedraagt € 389,00 (inclusief administratiekosten).
1.1. Betrokkene heeft tegen de boete beroep ingesteld bij de officier van justitie. Deze heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
1.2. De kantonrechter heeft het beroep op 14 augustus 2025 op de zitting behandeld. Daarbij waren aanwezig: betrokkene en als vertegenwoordigster van de officier van justitie mr. R.A. van der Velde.
1.3. Na afloop van de behandeling op de zitting heeft de kantonrechter onmiddellijk uitspraak gedaan.
Beoordeling door de kantonrechter
- Betrokkene voert aan dat het zijn zwarte notitieblokje was. Die had hij nodig om de straatnaam te weten.
Hij was namelijk bezig met een opdracht voor zijn beveiligingsopleiding, waarbij hij zonder navigatie de weg naar de bunker moest leren kennen. Zijn mobiel zat aan de houder.
- De vertegenwoordigster is van mening dat het beroep ongegrond moet worden verklaard.
Overwegingen
- De kantonrechter stelt allereerst vast dat betrokkene geen zekerheid heeft gesteld. Betrokkene moet (tijdig) een bedrag betalen als zekerheid voor de boete en de administratiekosten.
[1]
4.1. Betrokkene voert, onder verwijzing naar bijlagen, aan dat hij geen zekerheid kan stellen en verzoekt om het treffen van een betalingsregeling.
4.2. De kantonrechter ziet hierin aanleiding om het te betalen bedrag aan zekerheid op nul te zetten.
- Gelet op het consistente verweer van betrokkene, dat gedurende de hele procedure is gevoerd, is bij de kantonrechter gerede twijfel ontstaan of betrokkene de gedraging daadwerkelijk heeft verricht. De kantonrechter acht het niet opportuun om alsnog een aanvullend proces-verbaal op te vragen. Dit dient in het voordeel van betrokkene te komen. Het beroep zal gegrond worden verklaard.
Conclusie
De kantonrechter:
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.Y.B. Jansen, kantonrechter, in aanwezigheid van mr. W.B. Jongsma, griffier.
griffier kantonrechter
Rechtsmiddel
Als u het met de beslissing op uw beroep niet eens bent, dan kunt u binnen zes weken na de hieronder vermelde datum van toezending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem - Leeuwarden, maar alleen als:
a. de u opgelegde administratieve boete meer dan € 110,00 bedraagt, of
b. uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u geen (of niet op tijd) zekerheid heeft gesteld.
Het (hoger) beroepschrift moet worden ingediend bij de rechtbank Noord-Nederland, Afdeling Bestuursrecht, locatie Groningen (Postbus 150, 9700 AD Groningen). U dient daarbij het zaaknummer te vermelden.
De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure, tenzij door u bij het (hoger) beroepschrift uitdrukkelijk om een zitting is gevraagd.
Artikel 11 van de Wahv.