ECLI:NL:RBMNE:2024:5085 - Rechtbank Midden-Nederland - 15 augustus 2024
Uitspraak
Uitspraak inhoud
Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 24/859
en
Procesverloop
Deze uitspraak gaat over het beroep dat verzoeker heeft ingediend op 8 februari 2024 omdat verweerder volgens hem niet op tijd heeft beslist op zijn verzoek van 9 december 2023 om inzage van persoonsgegevens op grond van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG).
Verweerder heeft op 14 februari 2024 alsnog een besluit genomen op het verzoek van verzoeker. Verzoeker heeft het beroep ingetrokken en een vergoeding gevraagd voor zijn proceskosten.
Verweerder heeft niet gereageerd op dit verzoek.
Overwegingen
1. De rechtbank doet deze uitspraak zonder partijen voor een zitting uit te nodigen, omdat zij vindt dat zij voldoende informatie heeft om het verzoek te beoordelen.
2. Als het beroep is ingetrokken omdat het bestuursorgaan geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het beroepschrift (dus aan verzoeker) tegemoet is gekomen, kan de rechtbank bepalen dat verweerder de proceskosten van de indiener van het beroepschrift moet betalen*.* Dat staat in de artikelen 8:75 en 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en in het Besluit proceskosten bestuursrecht (Bpb).
3. Alleen de kosten die gemaakt zijn door een professionele (juridische) hulpverlener zoals bedoeld in artikel 1, aanhef en onder a, van het Besluit proceskosten bestuursrecht (Bpb) of kosten anderszins zoals opgenomen in artikel 1 van het Bpb kunnen worden vergoed. Omdat verzoeker geen advocaat of andere professionele juridische hulpverlener heeft en niet is gebleken van dergelijke andere kosten, zijn er geen kosten die vergoed kunnen worden.
4. Uit het bepaalde in artikel 8:41, zevende lid, van de Awb volgt dat verweerder verplicht is het door verzoeker betaalde griffierecht van € 187,- te vergoeden. Dit volgt rechtstreeks uit de wet. Verzoeker zal zich hiervoor tot verweerder moeten wenden.
Beslissing
De rechtbank wijst het verzoek om een proceskostenveroordeling af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. K. de Meulder, rechter, in aanwezigheid van E.J.H.C. Hui, griffier*.*De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 16 augustus 2024.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:
Bent u het niet eens met deze uitspraak?
Als u het niet eens bent met deze uitspraak kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum op de stempel die hierboven staat. Als u graag een zitting wilt waarbij u persoonlijk uw mening aan de rechter kunt geven, kunt u dit in uw verzetschrift aangeven.