ECLI:NL:RBDHA:2025:17869 - Rechtbank Den Haag - 29 september 2025
Uitspraak
Rechtsgebieden
Uitspraak inhoud
Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.32125
(gemachtigde: mr. C.M.G.M. Raafs),
en
(gemachtigde: mr. S.J. de Vries).
Procesverloop
-
Bij besluit van 13 september 2023 (het primaire besluit) heeft de minister het EU-verblijfsrecht aan eiser ontzegd en eiser ongewenst verklaard.
-
Bij besluit van 13 mei 2025 (het bestreden besluit) heeft de minister het bezwaar van eiser tegen het primaire besluit ongegrond verklaard.
2.1. Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter gevraagd om een voorlopige voorziening te treffen.
2.2. De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met het beroep van eiser met zaaknummer NL25.25448, op 22 september 2025 op zitting behandeld. Hieraan heeft de gemachtigde van de minister deelgenomen. Eiser en zijn gemachtigde hebben zich afgemeld voor de zitting.
Beoordeling door de voorzieningenrechter
- Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL25.25448, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. De rechtbank heeft het beroep tegen de ontzegging van het EU-verblijfsrecht niet-ontvankelijk verklaard en het beroep tegen de ongewenstverklaring ongegrond verklaard. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
3.1. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A. Sibma, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. M.C. Drenten - Boon, griffier, en openbaar gemaakt door middel van gepseudonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
Openbaar gemaakt en bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.