Terug naar bibliotheek
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2025:13027 - Rechtbank Den Haag - 17 juli 2025

Uitspraak

ECLI:NL:RBDHA:2025:1302717 juli 2025Deze uitspraak wordt in 1 latere zaken aangehaald

Rechtsgebieden

Uitspraak inhoud

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen

Bestuursrecht

zaaknummer: NL25.19879

[naam], verzoeker,

geboren [geboortedatum], van Gambiaanse nationaliteit, V-nummer: [v-nummer:], (gemachtigde: mr. F. van Dijk),

en

de minister van Asiel en Migratie, de minister.

Inleiding1.De minister heeft eisers aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd met het bestreden besluit van 28 april 2025 niet in behandeling genomen omdat Duitsland verantwoordelijk is voor de aanvraag.

1.1. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld.[1] Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.

1.2. De voorzieningenrechter doet uitspraak zonder zitting.[2]

Beoordeling door de voorzieningenrechter

  1. Bij uitspraak van vandaag heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.

  2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.

Deze uitspraak is gedaan door mr. R. Tesfai, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S. Strating, griffier, op 17 juli 2025 en gepseudonimiseerd gepubliceerd op rechtspraak.nl.

de griffier de voorzieningenrechter

Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Dit beroep staat geregistreerd onder zaaknummer: NL25.19878.

Op grond van artikel 8:83, derde lid van de Algemene wet bestuursrecht.


Voetnoten

Dit beroep staat geregistreerd onder zaaknummer: NL25.19878.

Op grond van artikel 8:83, derde lid van de Algemene wet bestuursrecht.