Terug naar bibliotheek
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2024:66

Arrest

ECLI:NL:HR:2024:6623 januari 2024

Arrest inhoud

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

STRAFKAMER

Nummer22/00459 Datum23 januari 2024

ARREST

op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam van 2 februari 2022, nummer 23-001845-20, in de strafzaak

tegen

[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1963, hierna: de verdachte.

1 Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben J.S. Nan, advocaat te 's‑Gravenhage, en N. Gonzalez Bos, advocaat te Rotterdam, bij schriftuur een cassatiemiddel voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit. De plaatsvervangend advocaat-generaal M.E. van Wees heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak, doch uitsluitend voor wat betreft de strafoplegging, tot vermindering van de straf in de mate als de Hoge Raad gepast acht en tot verwerping van het beroep voor het overige. De raadsman J.S. Nan heeft daarop schriftelijk gereageerd.

2 Beoordeling van het cassatiemiddel

De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die uitspraak. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3 Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.

Dit arrest is gewezen door de vice-president V. van den Brink als voorzitter, en de raadsheren T. Kooijmans en T.B. Trotman, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 23 januari 2024.