Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Misdrijven
Titel VIII. Misdrijven tegen het openbaar gezag
Artikel 177

Artikel 177 (Omkoping ambtenaar)

Laatste versie

1. Met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie wordt gestraft:

1°. hij die een ambtenaar een gift of belofte doet dan wel een dienst verleent of aanbiedt met het oogmerk om hem te bewegen in zijn bediening iets te doen of na te laten; 2°. hij die een ambtenaar een gift of belofte doet dan wel een dienst verleent of aanbiedt ten gevolge of naar aanleiding van hetgeen door deze in zijn huidige of vroegere bediening is gedaan of nagelaten.

2. Met dezelfde straf wordt gestraft hij die een feit als in het eerste lid, onder 1°, omschreven, begaat jegens een persoon in het vooruitzicht van een dienstbetrekking bij een overheidswerkgever, indien de dienstbetrekking bij een overheidswerkgever is gevolgd.

3. Indien de schuldige een van de misdrijven omschreven in dit artikel in zijn beroep begaat, kan hij van de uitoefening van dat beroep worden ontzet.

4. Ontzetting van de in artikel 28, eerste lid, onder 1°, 2° en 4°, vermelde rechten kan worden uitgesproken.

5. Indien het feit is gepleegd ten behoeve van een buitenlandse mogendheid wordt de op het feit gestelde gevangenisstraf met een derde verhoogd.

Uitleg in duidelijke taal

1. Met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie wordt gestraft:

Dit betekent dat de hierna omschreven personen gestraft worden met een gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of een geldboete van de vijfde categorie.

1°. hij die een ambtenaar een gift of belofte doet dan wel een dienst verleent of aanbiedt met het oogmerk om hem te bewegen in zijn bediening iets te doen of na te laten;

Dit betreft de persoon die een ambtenaar een gift of belofte doet dan wel een dienst verleent of aanbiedt. Dit gebeurt met het oogmerk om de ambtenaar ertoe te bewegen om in zijn bediening (functie) iets te doen of na te laten (niet te doen).

2°. hij die een ambtenaar een gift of belofte doet dan wel een dienst verleent of aanbiedt ten gevolge of naar aanleiding van hetgeen door deze in zijn huidige of vroegere bediening is gedaan of nagelaten.

Dit betreft de persoon die een ambtenaar een gift of belofte doet dan wel een dienst verleent of aanbiedt. Dit gebeurt ten gevolge of naar aanleiding van (als resultaat van of in reactie op) hetgeen door deze ambtenaar in zijn huidige of vroegere bediening is gedaan of nagelaten.

2. Met dezelfde straf wordt gestraft hij die een feit als in het eerste lid, onder 1°, omschreven, begaat jegens een persoon in het vooruitzicht van een dienstbetrekking bij een overheidswerkgever, indien de dienstbetrekking bij een overheidswerkgever is gevolgd.

Met dezelfde straf wordt ook de persoon gestraft die een feit zoals omschreven in het eerste lid, onder 1°, begaat jegens een persoon in het vooruitzicht van een dienstbetrekking bij een overheidswerkgever. Dit geldt indien de dienstbetrekking bij een overheidswerkgever is gevolgd (daadwerkelijk tot stand is gekomen).

3. Indien de schuldige een van de misdrijven omschreven in dit artikel in zijn beroep begaat, kan hij van de uitoefening van dat beroep worden ontzet.

Dit betekent dat indien de schuldige een van de misdrijven omschreven in dit artikel in zijn beroep begaat, hij van de uitoefening van dat beroep kan worden ontzet (hem kan worden verboden dat beroep nog uit te oefenen).

4. Ontzetting van de in artikel 28, eerste lid, onder 1°, 2° en 4°, vermelde rechten kan worden uitgesproken.

Dit houdt in dat ontzetting (het ontnemen) van de in artikel 28, eerste lid, onder 1°, 2° en 4°, vermelde rechten kan worden uitgesproken door de rechter.

5. Indien het feit is gepleegd ten behoeve van een buitenlandse mogendheid wordt de op het feit gestelde gevangenisstraf met een derde verhoogd.

Dit betekent dat indien het feit is gepleegd ten behoeve van een buitenlandse mogendheid (een andere staat), de op het feit gestelde gevangenisstraf met een derde wordt verhoogd.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad47x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2003:AE5288

ECLI:NL:HR:2003:AE52888 juli 2003Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtInternationaal Strafrecht, Strafprocesrecht, Materieel Strafrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad36x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2017:641

ECLI:NL:HR:2017:64111 april 2017Dit wetsartikel wordt 8 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad19x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2006:AW3584

ECLI:NL:HR:2006:AW358420 juni 2006Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:2157 - Ambtelijke omkoping: gift voor toekomstige functie en verhullend witwassen

ECLI:NL:HR:2018:215727 november 2018Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat ambtelijke omkoping ('bediening') ook een toekomstige functie kan betreffen. Een campagnefinanciering kan een 'gift' zijn. Voor witwassen is 'verhullen' elke handeling die gericht is op en geschikt is om de herkomst te bemoeilijken, ook bij traceerbare transacties.

StrafrechtFinancieel Economisch Strafrecht, Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:168 - Ambtelijke omkoping: handelen 'in strijd met plicht' breed uitgelegd

ECLI:NL:HR:2023:1687 februari 2023Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

Actieve ambtelijke omkoping ('in strijd met zijn plicht') omvat ook het doen van giften om een voorkeursrelatie met een ambtenaar te creëren en onderhouden, niet enkel een gift voor een concrete tegenprestatie. Integriteit en neutraliteit van de ambtenaar zijn hierbij relevant.

StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht, Financieel Economisch Strafrecht
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2010:BK6346

ECLI:NL:HR:2010:BK63466 juli 2010Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtStrafprocesrecht, Materieel Strafrecht
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2009:BF0837

ECLI:NL:HR:2009:BF083713 januari 2009Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtInternationaal Strafrecht, Strafprocesrecht
Internationaal PubliekrechtVolkenrecht
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:1271

ECLI:NL:HR:2015:127119 mei 2015Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2024:66

ECLI:NL:HR:2024:6623 januari 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2023:819 - Werven voor de jihad: geleidelijke beïnvloeding is al voldoende

ECLI:NL:HR:2023:81913 juni 2023Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Voor 'werven voor de gewapende strijd' (art. 205 Sr) is de gedraging van de werver doorslaggevend. Een geleidelijk proces van beïnvloeding, het tonen van propagandamateriaal en aanmoedigen is voldoende. Het resultaat of de perceptie van de geworvene is niet van belang.

StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht