Terug naar bibliotheek
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2022:557

Arrest

ECLI:NL:HR:2022:5578 april 2022Deze uitspraak is in 1 latere zaken aangehaald

Arrest inhoud

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

CIVIELE KAMER

Nummer 21/03060

Datum 8 april 2022

BESCHIKKING

In de zaak van

[de vader],wonende te [woonplaats],

VERZOEKER tot cassatie,

hierna: de vader,

advocaat: Y.E.J. Geradts,

tegen

VERWEERSTERS in cassatie,

hierna: de GI en de moeder,

niet verschenen.

de beschikking in de zaak C/05/376865 / ZJ RK 20-1033 van de rechtbank Gelderland van 16 november 2020;

de beschikking in de zaak 200.290.528 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 1 juni 2021.

De vader heeft tegen de beschikking van het hof beroep in cassatie ingesteld. De procesinleiding en de aanvullende procesinleidingen zijn aan deze beschikking gehecht en maken daarvan deel uit.

De GI en de moeder hebben geen verweerschrift ingediend.

De conclusie van de Advocaat-Generaal M.L.C.C. Lückers strekt tot verwerping van het cassatieberoep.

De advocaat van de vader heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2 Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3 Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.

Deze beschikking is gegeven door de vicepresident M.V. Polak als voorzitter en de raadsheren C.H. Sieburgh, A.E.B. ter Heide, S.J. Schaafsma en G.C. Makkink, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer H.M. Wattendorff op 8 april 2022.