Arrest inhoud

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

CIVIELE KAMER

Nummer 22/03163 Datum 23 december 2022

BESCHIKKING

In de zaak van

[betrokkene], wonende te [woonplaats], VERZOEKSTER tot cassatie, hierna: betrokkene, advocaat: M.E. Bruning,

tegen

OFFICIER VAN JUSTITIE IN HET ARRONDISSEMENT AMSTERDAM, VERWEERDER in cassatie, hierna: de officier van justitie, niet verschenen.

1 Procesverloop in cassatie

Voor het verloop van het geding in feitelijke instantie verwijst de Hoge Raad naarhet vonnis in de zaak C/13/717280 - FA RK 22/2828 van de rechtbank Amsterdam van 24 mei 2022. Betrokkene heeft tegen de beschikking van de rechtbank beroep in cassatie ingesteld. De procesinleiding is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit. De officier van justitie heeft geen verweerschrift ingediend. De conclusie van de advocaat-generaal M.L.C.C. Lückers strekt tot verwerping van het cassatieberoep. De advocaat van betrokkene heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2 Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van de rechtbank beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3 Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.

Deze beschikking is gegeven door de president G. de Groot als voorzitter en de raadsheren T.H. Tanja-van den Broek en F.R. Salomons, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.J.P. Lock op 23 december 2022.