Terug naar bibliotheek
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2019:1080

Arrest

ECLI:NL:HR:2019:10809 juli 2019Deze uitspraak is in 5 latere zaken aangehaald

Arrest inhoud

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

STRAFKAMER

Nummer 18/00521 Datum 9 juli 2019

BESCHIKKING

op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, van 11 december 2017, nummer RK 17/006367, op een klaagschrift als bedoeld in art. 1:37 Algemene douanewet, ingediend

door

[klaagster], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1992, hierna: de klaagster.

1 Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de klaagster. Namens deze heeft P.H.L.M. Souren, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit. De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep. De raadsman heeft daarop schriftelijk gereageerd.

2 Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.

Deze beschikking is gegeven door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren A.L.J. van Strien en M.T. Boerlage, in bijzijn van de waarnemend griffier H.J.S. Kea, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 9 juli 2019.