ECLI:NL:GHARL:2025:4747 - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden - 31 juli 2025
Arrest
Rechtsgebieden
Genoemde wetsartikelen
Arrest inhoud
zittingsplaats Leeuwarden
Arrest op het hoger beroep inzake de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv) tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Rotterdam van 19 december 2024, betreffende
wonende te [woonplaats] .
De gemachtigde van de betrokkene is M.J.M. Bergers, kantoorhoudende te Maastricht.
De kantonrechter heeft het beroep van de betrokkene tegen de beslissing van de officier van justitie gegrond verklaard, die beslissing vernietigd, het beroep tegen de inleidende beschikking gedeeltelijk gegrond verklaard en het bedrag van de sanctie gematigd tot € 210,- (vermeerderd met € 9,- administratiekosten). Het verzoek om een proceskostenvergoeding is toegewezen tot een bedrag van € 1187,-.
Het verloop van de procedure
De gemachtigde van de betrokkene heeft hoger beroep ingesteld tegen de beslissing van de kantonrechter. Er is gevraagd om een proceskostenvergoeding. De advocaat-generaal heeft een verweerschrift ingediend. De gemachtigde van de betrokkene heeft het beroep schriftelijk nader toegelicht. De advocaat-generaal heeft de gelegenheid gekregen daarop te reageren. Van die gelegenheid is geen gebruik gemaakt.
De beoordeling
-
Aan de betrokkene is als kentekenhouder bij inleidende beschikking een sanctie opgelegd van € 280,- voor: “op een kruispunt niet de richting volgen die de voorsorteerstrook aangeeft”. Deze gedraging zou zijn verricht op 19 juni 2023 om 15:56 uur op de Gordelweg in Rotterdam met het voertuig met het kenteken [kenteken] . De kantonrechter heeft het bedrag van de sanctie gematigd tot € 210,- wegens schending van de hoorplicht door de officier van justitie.
-
De gemachtigde voert aan dat uit de Nota van toelichting bij artikel 78 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) volgt dat een sanctie achterwege blijft als de bestuurder zich vergist heeft. Daarvan is in het onderhavige geval sprake. De sanctie kan niet in stand blijven.
[1] Dat sprake was van hinder of gevaar, volgt niet uit de verklaring van de ambtenaar. -
In artikel 78 van het RVV 1990 is bepaald dat bestuurders van een motorvoertuig die op een kruising een bepaalde richting willen volgen, gebruik moeten maken van de voorsorteerstrook waarin deze richting wordt aangegeven.
-
Uit de Nota van toelichting bij artikel 78 van het RVV 1990 volgt dat een ambtenaar van het opleggen van een sanctie kan afzien in de situatie waarin een bestuurder na geconstateerd te hebben dat hij op de onjuiste voorsorteerstrook rijdt, de juiste opzoekt en daarbij niet de veiligheid van het verkeer in gevaar brengt.
-
Gelet op de stukken in het dossier en in aanmerking genomen dat de gedraging (namens de betrokkene) niet is ontkend, staat vast dat de gedraging is verricht. Gelet op hetgeen is aangevoerd dient het hof te beoordelen of er aanleiding is om de sanctie achterwege te laten.
-
Het dossier bevat een aanvullend proces-verbaal waarin onder meer is verklaard:
“In het verweer wordt gesteld dat er geen voorrang verleend werd waardoor het noodzakelijk was om op de andere rijbaan door te rijden naar het verkeerslicht. Op de plattegrond is te zien dat om richting het Schieplein te rijden er één rijstrook is. Deze rijstrook splitst daarna in twee rijstroken waarbij het verkeer bestemd voor linksaf, hier kan voorsorteren. Het verkeer wat voornemens is om rechtsaf te slaan, blijft op dezelfde rijstrook rijden. Betrokkene moest dus eerst zelf al naar links gereden zijn waar op de weg duidelijk de pijlen naar links zijn aangegeven. Hierbij werden er meerdere voertuigen gepasseerd die stonden te wachten op het verkeerslicht. Mij is ambtshalve bekend dat veel bestuurders op deze manier proberen om de drukte van de rechterrijstrook te vermijden om zo eerder hun weg te kunnen vervolgen in de drukte van de avondspits.”
-
Het dossier bevat ook een plattegrond en diverse afdrukken uit Google Maps van de situatie ter plaatse. Hieruit blijkt dat de Gordelweg voor een deel onder het viaduct loopt en voor een deel zich afsplitst naar rechts. Op het afgesplitste deel loopt de rijbaan na enkele tientallen meter uit op een voorsorteerstrook naar links en een voorsorteerstrook naar rechts.
-
De ambtenaar heeft in het aanvullend proces-verbaal de omstandigheden weergegeven waaronder de gedraging is verricht. Dat de ambtenaar in redelijkheid niet heeft kunnen overgaan tot het opleggen van een sanctie, kan hieruit niet worden afgeleid. Het oprijden van een verkeerde voorsorteerstrook bij verkeersdrukte omdat er geen gelegenheid is om in te voegen op de juiste voorsorteerstrook en dit pas verderop na toestemming van andere bestuurders doen, is geen situatie zoals bedoeld in de Nota van toelichting omdat deze wijze van rijstrookwisseling hinderlijk is en geen rustig verkeersbeeld bevordert, hetgeen de strekking is van artikel 78 van het RVV 1990. De grond treft geen doel
-
De kantonrechter heeft juist beslist. Het hof zal de beslissing van de kantonrechter daarom bevestigen. Voor het toekennen van een proceskostenvergoeding bestaat geen aanleiding.
De beslissing
Het gerechtshof:
bevestigt de beslissing van de kantonrechter;
wijst het verzoek om vergoeding van proceskosten af.
Dit arrest is gewezen door mr. Wijma, in tegenwoordigheid van mr. Eskandari, als griffier, en op een openbare zitting uitgesproken.
vlg. arrest van het hof van 2 augustus 2022, ECLI:NL:GHARL:2022:6773.