Artikel 27
1. Het is verboden een wapen van de categorieën II, III en IV te dragen.
2. Het eerste lid is niet van toepassing op personen die:
a. houder zijn van een verlof als bedoeld in artikel 29, voor zover dit verlof reikt; of b. op grond van artikel 26, tweede lid, voor de jacht en beheer en schadebestrijding bestemde wapens voorhanden mogen hebben, voor wat betreft het terrein waar zij tot de jacht en beheer en schadebestrijding gerechtigd zijn.
3. Onze Minister kan bij regeling vrijstelling van het verbod van het eerste lid voor wapens van de categorieën III en IV verlenen met betrekking tot:
a. optochten; en b. studenten-weerbaarheidsverenigingen.
4. Onze Minister kan bij regeling vrijstelling van het verbod van het eerste lid voor wapens van categorie IV verlenen met betrekking tot:
a. ceremoniële wapens; en b. recreatieve activiteiten.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2010:BK2094
ECLI:NL:HR:2012:BT7085
ECLI:NL:HR:2018:153
ECLI:NL:HR:2018:615
ECLI:NL:HR:2014:2670
ECLI:NL:HR:2009:BH2791
ECLI:NL:HR:2007:AZ7116
ECLI:NL:HR:2017:733 - Art. 80a RO: Geen inhoudelijke behandeling klachten over détournement de pouvoir en zwijgrecht
De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep niet-ontvankelijk op grond van artikel 80a RO. De aangevoerde klachten, betreffende een onrechtmatige staandehouding (détournement de pouvoir) en het gebruik van het zwijgrecht voor het bewijs, rechtvaardigen volgens de Raad geen behandeling in cassatie.