Artikel 4 (Relatieve bevoegdheid strafbare feiten vaartuig/luchtvaartuig)
Strafbare feiten buiten het rechtsgebied van een rechtbank aan boord van een Nederlandsch vaartuig of luchtvaartuig begaan, worden, ter bepaling van de bevoegdheid des rechters, geacht te zijn begaan binnen het rijk ter plaatse waar de eigenaar van het vaartuig of luchtvaartuig woont of de zetel van het bedrijf is gevestigd dan wel het vaartuig teboekstaat.
Uitleg in duidelijke taal
Strafbare feiten buiten het rechtsgebied van een rechtbank aan boord van een Nederlandsch vaartuig of luchtvaartuig begaan, worden, ter bepaling van de bevoegdheid des rechters, geacht te zijn begaan binnen het rijk ter plaatse waar de eigenaar van het vaartuig of luchtvaartuig woont of de zetel van het bedrijf is gevestigd dan wel het vaartuig teboekstaat.
Dit artikel bepaalt dat wanneer strafbare feiten worden begaan aan boord van een Nederlands vaartuig of luchtvaartuig, en deze feiten plaatsvinden buiten het rechtsgebied van enige rechtbank, deze feiten, voor het vaststellen van de bevoegdheid van de rechter, worden geacht te zijn begaan binnen het Nederlandse grondgebied (het rijk). De specifieke locatie binnen het rijk wordt dan vastgesteld op de plaats waar de eigenaar van het vaartuig of luchtvaartuig woont, of waar de zetel van diens bedrijf is gevestigd, of waar het vaartuig geregistreerd (teboekstaat) is.