Artikel 206 (Uitvoering bewijsbeslag formaliteiten rechtsgevolgen)
1. Het beslag wordt gelegd bij een proces-verbaal van een deurwaarder dat, behalve de gewone formaliteiten, op straffe van nietigheid het verkregen rechterlijk verlof vermeldt. Dadelijk na de beslaglegging of uiterlijk op de volgende dag gaat de deurwaarder over tot een meer nauwkeurige aanduiding van de gegevens of zaken die in beslag zijn genomen. Het proces-verbaal wordt binnen drie dagen na de beslaglegging betekend aan de wederpartij en bij een beslag onder een derde, ook aan de derde en als er een bewaarder is, ook aan hem. Het proces-verbaal dat is bestemd voor de beslaglegger bevat een globale aanduiding van de in beslag genomen gegevens of zaken. Van de in beslag genomen gegevens of zaken krijgt de beslaglegger geen kennis dan nadat de rechter daarover afzonderlijk in de hoofdzaak heeft beslist. Bevatten de in beslag genomen gegevens persoonsgegevens, dan wordt aan de verplichtingen op grond van de artikelen 13 en 14 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming voldaan zodra de rechter heeft beslist dat recht op kennisneming van die gegevens bestaat.
2. De verzoeker mag bij de beslaglegging niet aanwezig zijn, tenzij de rechter anders heeft bepaald of de deurwaarder zijn aanwezigheid noodzakelijk acht voor het aanwijzen van de in beslag te nemen gegevens of zaken. In alle gevallen wordt de bescherming van vertrouwelijke gegevens gewaarborgd. Degene onder wie beslag wordt gelegd, is verplicht zijn medewerking aan de tenuitvoerlegging van het rechterlijk verlof tot beslaglegging te verlenen. Onder de in beslag te nemen gegevens wordt ook begrepen de gegevensdrager zelf. De artikelen 440, tweede lid, 444, 444a en 444b zijn van overeenkomstige toepassing.
3. Het beslag vervalt van rechtswege zodra de rechter in de aanhangige procedure of in de ingestelde hoofdzaak heeft beslist dat geen recht op kennisneming van de in beslag genomen gegevens of zaken bestaat en deze beslissing in kracht van gewijsde is gegaan. Heeft de rechter beslist dat recht op kennisneming bestaat, dan vervalt het beslag van rechtswege zodra het vonnis of de beschikking in de procedure waarin de in beslag genomen gegevens of zaken tot bewijs kunnen dienen, in kracht van gewijsde is gegaan. De in beslag genomen gegevens of zaken worden onverwijld teruggegeven aan degene onder wie het beslag is gelegd onder gelijktijdige vernietiging van alle kopieën. Als de in beslag genomen gegevens of zaken in gerechtelijke bewaring zijn gegeven, is de bewaarder verplicht tot afgifte daarvan aan degene onder wie het beslag is gelegd. De rechter kan op verzoek van partijen of ambtshalve anders bepalen en nadere aanwijzingen geven.
4. Onverminderd artikel 705 kan de wederpartij in de procedure waarin de eis in de hoofdzaak is ingesteld, vorderen dat het beslag wordt opgeheven.
Uitleg in duidelijke taal
1. Het beslag wordt gelegd bij een proces-verbaal van een deurwaarder dat, behalve de gewone formaliteiten, op straffe van nietigheid het verkregen rechterlijk verlof vermeldt. Dadelijk na de beslaglegging of uiterlijk op de volgende dag gaat de deurwaarder over tot een meer nauwkeurige aanduiding van de gegevens of zaken die in beslag zijn genomen. Het proces-verbaal wordt binnen drie dagen na de beslaglegging betekend aan de wederpartij en bij een beslag onder een derde, ook aan de derde en als er een bewaarder is, ook aan hem. Het proces-verbaal dat is bestemd voor de beslaglegger bevat een globale aanduiding van de in beslag genomen gegevens of zaken. Van de in beslag genomen gegevens of zaken krijgt de beslaglegger geen kennis dan nadat de rechter daarover afzonderlijk in de hoofdzaak heeft beslist. Bevatten de in beslag genomen gegevens persoonsgegevens, dan wordt aan de verplichtingen op grond van de artikelen 13 en 14 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming voldaan zodra de rechter heeft beslist dat recht op kennisneming van die gegevens bestaat.
Dit lid beschrijft de procedure voor het leggen van beslag op bewijsmateriaal. Het beslag wordt uitgevoerd door een deurwaarder, die hiervan een officieel verslag (proces-verbaal) opmaakt. Dit proces-verbaal moet, naast de gebruikelijke formaliteiten, het door de rechter verleende verlof (rechterlijk verlof) vermelden. Als dit verlof niet vermeld wordt, is het beslag nietig (op straffe van nietigheid). Direct na de beslaglegging, of uiterlijk de volgende dag, moet de deurwaarder de in beslag genomen gegevens of zaken nauwkeuriger specificeren. Het proces-verbaal moet binnen drie dagen na de beslaglegging officieel worden overhandigd (betekend) aan de tegenpartij (wederpartij). Als het beslag bij een derde partij is gelegd (beslag onder een derde), moet het proces-verbaal ook aan deze derde worden betekend. Indien er een bewaarder is aangesteld voor de in beslag genomen zaken, moet ook de bewaarder het proces-verbaal ontvangen. Het exemplaar van het proces-verbaal voor degene die het beslag heeft laten leggen (de beslaglegger) bevat slechts een algemene (globale) omschrijving van de in beslag genomen gegevens of zaken. De beslaglegger mag de inhoud van de in beslag genomen gegevens of zaken pas inzien (krijgt geen kennis) nadat de rechter hierover een aparte beslissing heeft genomen in de hoofdprocedure (hoofdzaak). Als de in beslag genomen gegevens persoonsgegevens bevatten, dan wordt pas voldaan aan de informatieverplichtingen uit de Algemene Verordening Gegevensbescherming (artikelen 13 en 14) op het moment dat de rechter heeft besloten dat er een recht bestaat om kennis te nemen van die gegevens.
2. De verzoeker mag bij de beslaglegging niet aanwezig zijn, tenzij de rechter anders heeft bepaald of de deurwaarder zijn aanwezigheid noodzakelijk acht voor het aanwijzen van de in beslag te nemen gegevens of zaken. In alle gevallen wordt de bescherming van vertrouwelijke gegevens gewaarborgd. Degene onder wie beslag wordt gelegd, is verplicht zijn medewerking aan de tenuitvoerlegging van het rechterlijk verlof tot beslaglegging te verlenen. Onder de in beslag te nemen gegevens wordt ook begrepen de gegevensdrager zelf. De artikelen 440, tweede lid, 444, 444a en 444b zijn van overeenkomstige toepassing.
Dit lid stelt dat de partij die om het beslag heeft verzocht (de verzoeker) in principe niet aanwezig mag zijn bij de daadwerkelijke beslaglegging. Er zijn uitzonderingen: als de rechter anders heeft beslist, of als de deurwaarder de aanwezigheid van de verzoeker nodig vindt om de specifieke gegevens of zaken die in beslag moeten worden genomen aan te wijzen. De bescherming van vertrouwelijke gegevens moet altijd gegarandeerd zijn. De persoon of entiteit bij wie het beslag wordt gelegd (degene onder wie beslag wordt gelegd) is verplicht mee te werken aan de uitvoering (tenuitvoerlegging) van het rechterlijke bevel (rechterlijk verlof) tot beslaglegging. De term 'in beslag te nemen gegevens' omvat ook het fysieke medium waarop de gegevens staan (de gegevensdrager zelf). Tot slot wordt vermeld dat de artikelen 440, tweede lid, 444, 444a en 444b van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering op een vergelijkbare manier van toepassing zijn (van overeenkomstige toepassing).
3. Het beslag vervalt van rechtswege zodra de rechter in de aanhangige procedure of in de ingestelde hoofdzaak heeft beslist dat geen recht op kennisneming van de in beslag genomen gegevens of zaken bestaat en deze beslissing in kracht van gewijsde is gegaan. Heeft de rechter beslist dat recht op kennisneming bestaat, dan vervalt het beslag van rechtswege zodra het vonnis of de beschikking in de procedure waarin de in beslag genomen gegevens of zaken tot bewijs kunnen dienen, in kracht van gewijsde is gegaan. De in beslag genomen gegevens of zaken worden onverwijld teruggegeven aan degene onder wie het beslag is gelegd onder gelijktijdige vernietiging van alle kopieën. Als de in beslag genomen gegevens of zaken in gerechtelijke bewaring zijn gegeven, is de bewaarder verplicht tot afgifte daarvan aan degene onder wie het beslag is gelegd. De rechter kan op verzoek van partijen of ambtshalve anders bepalen en nadere aanwijzingen geven.
Dit lid regelt wanneer het beslag automatisch (van rechtswege) eindigt. Dit gebeurt als de rechter in de lopende procedure (aanhangige procedure) of in de gestarte hoofdprocedure (ingestelde hoofdzaak) beslist dat er geen recht is om kennis te nemen (recht op kennisneming) van de in beslag genomen gegevens of zaken, en deze beslissing definitief is geworden (in kracht van gewijsde is gegaan). Als de rechter daarentegen beslist dat er wél recht op kennisneming bestaat, dan vervalt het beslag automatisch zodra het vonnis of de beschikking in de procedure waarin de in beslag genomen gegevens of zaken als bewijs kunnen dienen, definitief is geworden. Na het vervallen van het beslag moeten de in beslag genomen gegevens of zaken onmiddellijk (onverwijld) worden teruggegeven aan de persoon of entiteit bij wie het beslag was gelegd. Tegelijkertijd moeten alle kopieën worden vernietigd. Indien de in beslag genomen gegevens of zaken onder toezicht van de rechtbank zijn bewaard (in gerechtelijke bewaring zijn gegeven), is de bewaarder verplicht deze terug te geven aan degene bij wie het beslag was gelegd. De rechter heeft de bevoegdheid om, op verzoek van een van de partijen of uit eigen beweging (ambtshalve), een andere regeling te treffen en verdere instructies (nadere aanwijzingen) te geven.
4. Onverminderd artikel 705 kan de wederpartij in de procedure waarin de eis in de hoofdzaak is ingesteld, vorderen dat het beslag wordt opgeheven.
Dit lid bepaalt dat de tegenpartij (wederpartij) in de hoofdprocedure (de procedure waarin de eis in de hoofdzaak is ingesteld) kan eisen (vorderen) dat het beslag wordt opgeheven. Dit recht bestaat naast (onverminderd) de mogelijkheden die artikel 705 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering biedt voor opheffing van beslag.