Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Artikel 1:7

Artikel 1:7

Laatste versie

1. De rechter geeft onverwijld aan het bestuur van de raad voor rechtsbijstand een last tot toevoeging van een advocaat aan betrokkene, indien niet blijkt dat betrokkene reeds een advocaat heeft, en:

a. ten aanzien van betrokkene een verzoekschrift voor een machtiging tot voorzetting van de crisismaatregel wordt ingediend als bedoeld in artikel 7:7 of een verzoekschrift voor een zorgmachtiging wordt voorbereid als bedoeld in artikel 5:4, b. betrokkene beroep tegen de crisismaatregel, bedoeld in artikel 7:6, instelt, c. betrokkene beroep tegen de beslissing van de geneesheer-directeur, bedoeld in artikel 8:19, of het uitblijven daarvan, instelt, of d. betrokkene beroep tegen de beslissing van de klachtencommissie, bedoeld in artikel 10:7, instelt.

2. Zodra de officier van justitie door betrokkene of de vertegenwoordiger op de hoogte wordt gebracht van het voornemen om beroep tegen de crisismaatregel, bedoeld in artikel 7:6, in te stellen, verstrekt hij, indien betrokkene geen advocaat heeft, de persoonsgegevens van betrokkene aan de rechter, die onverwijld aan het bestuur van de raad voor rechtsbijstand een last tot toevoeging van een advocaat aan betrokkene verstrekt.

3. De artikelen 38, 39, 40, 43 tot en met 45 en 48 van het Wetboek van Strafvordering zijn van overeenkomstige toepassing op de toevoeging en de taak van de advocaat, bedoeld in deze wet.

4. De advocaat is tot geheimhouding verplicht van hetgeen in de uitoefening van zijn taak op grond van deze wet aan hem is toevertrouwd, tenzij enig wettelijk voorschrift hem tot mededeling verplicht of uit zijn taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit. De advocaat kan zich op grond van zijn geheimhoudingsplicht verschonen van het geven van getuigenis of het beantwoorden van vragen in een klachtprocedure of rechterlijke procedure.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad11x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:1837 - Weigering advocaat bij zorgmachtiging: onderzoeksplicht en motiveringsplicht rechter - 8 december 2022

ECLI:NL:HR:2022:18378 december 2022Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

Indien een betrokkene in een Wvggz-procedure de hem toegevoegde advocaat weigert, moet de rechter onderzoeken of hij een andere advocaat wenst. De rechter moet het resultaat van dit onderzoek in zijn beschikking opnemen. Bij volledige weigering van rechtsbijstand moet de rechter toetsen of dit ondubbelzinnig en vrijwillig gebeurt.

Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2024:48 - Vergoeding advocaatkosten na ingetrokken toevoeging in Wvggz-zaak - 18 januari 2024

ECLI:NL:HR:2024:4818 januari 2024Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak

Na een succesvol Wvggz-cassatieberoep en intrekking van de toevoeging, kunnen de werkelijke advocaatkosten als schadevergoeding op de Staat worden verhaald via art. 10:12 lid 3 Wvggz. De rechter past hierbij de dubbele redelijkheidstoets toe, niet de forfaitaire proceskostenveroordeling.

Civiel RechtVerbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2021:1273 - Onderzoeksplicht rechter bij afwijzing toegevoegde advocaat in Wvggz-zaak - 16 september 2021

ECLI:NL:HR:2021:127316 september 2021Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

Indien een betrokkene in een Wvggz-procedure te kennen geeft de toegevoegde advocaat af te wijzen, moet de rechter actief onderzoeken of betrokkene een andere advocaat wenst. De rechter mag deze mededeling niet negeren, ook niet als betrokkene onjuiste juridische voorwaarden stelt voor medewerking.

Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:1214 - Hoge Raad - 15 september 2022

ECLI:NL:HR:2022:121415 september 2022Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:1628 - Wvggz: Onderzoeksplicht rechter bij weigeren van toegevoegde advocaat - 23 november 2023

ECLI:NL:HR:2023:162823 november 2023Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

Wanneer een betrokkene in een Wvggz-zaak de hem toegevoegde advocaat weigert, moet de rechter onderzoeken of hij een andere advocaat wenst. Het aannemen van afstand van het recht op rechtsbijstand is alleen onder strikte voorwaarden toegestaan en mag niet lichtvaardig gebeuren.

Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:380 - Wvggz: Beperking contact met advocaat en onderzoek op basis van huisregels - 9 maart 2023

ECLI:NL:HR:2023:3809 maart 2023Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat het recht van een patiënt op contact met een advocaat op grond van de Wvggz niet mag worden beperkt, ook niet tijdens separatie. Een preventief onderzoek aan kleding en lichaam kan echter wel op basis van algemene huisregels plaatsvinden ter waarborging van de veiligheid.

Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:848 - Afstand van recht op rechtsbijstand in Wvggz-zaak vereist ondubbelzinnige wilsverklaring - 1 juni 2023

ECLI:NL:HR:2023:8481 juni 2023Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat afstand van het recht op rechtsbijstand in een Wvggz-zaak strenge eisen kent. De wil van de betrokkene moet ondubbelzinnig vaststaan en in vrijheid zijn bepaald. De rechter moet kenbaar onderzoeken of de stoornis dit toelaat voordat een zaak zonder advocaat wordt behandeld.

Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2025:818 - Onbereikbare advocaat is geen afstand van recht op rechtsbijstand bij zorgmachtiging - 22 mei 2025

ECLI:NL:HR:2025:81822 mei 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

In Wvggz-zaken mag de rechter de mondelinge behandeling niet voortzetten zonder de advocaat van de betrokkene. Het feit dat de advocaat telefonisch onbereikbaar is, betekent niet dat de betrokkene ondubbelzinnig afstand heeft gedaan van het fundamentele recht op rechtsbijstand.

Civiel RechtGezondheidsrecht, Burgerlijk Procesrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten