Artikel 13c (Ambtshalve vordering PG onderzoek gedraging rechterlijk ambtenaar)
Onverminderd artikel 13a, eerste lid, kan de procureur-generaal ook ambtshalve bij de Hoge Raad een vordering instellen tot het doen van een onderzoek naar de wijze waarop een rechterlijk ambtenaar met rechtspraak belast zich in de uitoefening van zijn functie heeft gedragen. Artikel 13b, tweede en derde lid, is van overeenkomstige toepassing.
Uitleg in duidelijke taal
Onverminderd artikel 13a, eerste lid, kan de procureur-generaal ook ambtshalve bij de Hoge Raad een vordering instellen tot het doen van een onderzoek naar de wijze waarop een rechterlijk ambtenaar met rechtspraak belast zich in de uitoefening van zijn functie heeft gedragen. Artikel 13b, tweede en derde lid, is van overeenkomstige toepassing.
Dit betekent letterlijk dat, onverminderd artikel 13a, eerste lid, de procureur-generaal de bevoegdheid heeft om ook ambtshalve (dat wil zeggen: op eigen initiatief) bij de Hoge Raad een vordering in te stellen. Deze vordering is gericht op het doen van een onderzoek naar de wijze waarop een rechterlijk ambtenaar met rechtspraak belast zich in de uitoefening van zijn functie heeft gedragen. Tevens is artikel 13b, tweede en derde lid, van overeenkomstige toepassing, wat inhoudt dat de regels uit die leden hier op een vergelijkbare wijze gelden.