Terug naar bibliotheek
Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoekBijlage behorende bij de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Bijlage behorende bij de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Laatste versie

In deze bijlage zijn in de onderdelen a tot en met i opgenomen de bekostigde instellingen voor hoger onderwijs, bedoeld in artikel 1.8, eerste lid, en zijn in onderdeel j opgenomen de academische ziekenhuizen, bedoeld in artikel 1.13, eerste lid. De namen van de privaatrechtelijke rechtspersonen in deze bijlage worden weergegeven, zoals zij luiden op 1 januari 2024.

a. De openbare universiteiten te:

– Leiden;

– Groningen;

– Amsterdam;

– Utrecht;

– Delft;

– Wageningen;

– Eindhoven;

– Enschede;

– Rotterdam;

– Maastricht.

b. De bijzondere universiteit te:

– Amsterdam, uitgaande van de Vereniging voor christelijk hoger onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en patiëntenzorg;

– Nijmegen, uitgaande van de Stichting Radboud Universiteit;

– Tilburg, uitgaande van de Stichting Katholieke Universiteit Brabant.

c. (vacant)

d. (vacant)

e. (vacant)

f. (vacant)

g. De bijzondere hogescholen:

– Aeres Hogeschool, uitgaande van de Stichting Aeres Groep;

– Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, uitgaande van de Stichting Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten;

– ArtEZ hogeschool voor de kunsten, uitgaande van de Stichting ArtEZ;

– Avans Hogeschool, uitgaande van de Stichting Avans;

– Breda University of Applied Sciences, uitgaande van de Stichting Breda University of Applied Sciences;

– Christelijke Hogeschool Ede, uitgaande van de Stichting voor Christelijk Hoger Beroepsonderwijs op Gereformeerde grondslag;

– Christelijke Hogeschool Windesheim, uitgaande van de Stichting Christelijke Hogeschool Windesheim;

– Codarts, Hogeschool voor de Kunsten, uitgaande van de Stichting Codarts, Hogeschool voor de Kunsten;

– De Haagse Hogeschool, uitgaande van de Stichting Hoger Beroepsonderwijs Haaglanden;

– Design Academy, uitgaande van de Stichting The Design Academy;

– Fontys Hogescholen, uitgaande van de Stichting Fontys;

– Hanzehogeschool Groningen, uitgaande van de Stichting Hanzehogeschool Groningen;

– HAS Hogeschool, uitgaande van de Stichting HAS Opleidingen te ’s-Hertogenbosch;

– Hogeschool van Amsterdam, uitgaande van de Stichting Hogeschool van Amsterdam;

– Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, uitgaande van de Stichting Hogeschool van Arnhem en Nijmegen;

– Hogeschool «De Driestar», uitgaande van de Stichting voor Christelijk Hoger Onderwijs op Reformatorische grondslag «De Driestar»;

– Hogeschool der Kunsten Den Haag, uitgaande van de Stichting Hogeschool der Kunsten Den Haag;

– Hogeschool INHOLLAND, uitgaande van de Stichting Hoger Onderwijs Nederland;

– Hogeschool IPABO Amsterdam/Alkmaar, uitgaande van de Stichting voor de Protestants Christelijke en de Rooms-Katholieke lerarenopleiding voor het Basisonderwijs in Noord-Holland;

– Hogeschool Leiden, uitgaande van Stichting Hogeschool Leiden;

– Hogeschool Rotterdam, uitgaande van de Stichting Hogeschool Rotterdam;

– Hogeschool Utrecht, uitgaande van de Stichting Hogeschool Utrecht;

– Hogeschool Viaa, uitgaande van Stichting Hogeschool Viaa;

– Hogeschool voor Beeldende Kunst en Vormgeving, uitgaande van de Stichting Gerrit Rietveld Academie;

– Hogeschool voor de Kunsten Utrecht, uitgaande van de Stichting Hogeschool voor de Kunsten Utrecht;

– Hotelschool The Hague, uitgaande van de Stichting Hotelschool Den Haag;

– HZ University of Applied Sciences, uitgaande van de Stichting HZ University of Applied Sciences;

– Iselinge Hogeschool, uitgaande van de Stichting Iselinge Hogeschool;

– Katholieke PABO, uitgaande van de Stichting Katholieke Opleiding tot Leraren in het Basisonderwijs;

– Marnix Academie, uitgaande van de Stichting Protestants Christelijke Hoger Beroepsonderwijs Utrecht;

– NHL Stenden Hogeschool, uitgaande van Stichting NHL Stenden Hogeschool;

– Pedagogische Hogeschool de Kempel, uitgaande van de Stichting De Kempel;

– Saxion Hogeschool, uitgaande van de Stichting Saxion;

– Thomas More Hogeschool, uitgaande van de Stichting Thomas More Hogeschool;

– Van Hall Larenstein, uitgaande van de Stichting Van Hall Larenstein;

– Zuyd Hogeschool, uitgaande van de Stichting Zuyd Hogeschool.

h. de Open Universiteit te Heerlen.

i. de levensbeschouwelijke universiteiten:

– Protestantse Theologische Universiteit, te Amsterdam, uitgaande van de Protestantse Kerk in Nederland;

– Theologische Universiteit der Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland, te Apeldoorn, uitgaande van het kerkgenootschap Christelijke Gereformeerde Kerken;

– Universiteit voor Humanistiek, te Utrecht, uitgaande van de Stichting Universiteit voor Humanistiek.

– Theologische Universiteit van de Gereformeerde Kerken in Nederland, te Kampen, uitgaande van de Gereformeerde Kerken in Nederland (vrijgemaakt).

j.

  1. De academische ziekenhuizen bij de openbare universiteiten te:

Leiden;

Groningen;

Utrecht;

Rotterdam; en

Maastricht.

  1. Het academisch ziekenhuis bij de bijzondere universiteit te Nijmegen.

  2. Het academische ziekenhuis bij de openbare universiteit en de bijzondere universiteit te Amsterdam.