Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk II. Voorwerp van de belasting
Artikel 13

Artikel 13

Laatste versie

1 Niet in geld genoten loon wordt in aanmerking genomen naar de waarde die daaraan in het economische verkeer kan worden toegekend, met dien verstande dat ingeval door een derde, niet zijnde een met de inhoudingsplichtige verbonden vennootschap, ter zake van het niet in geld genoten loon een bedrag aan de inhoudingsplichtige in rekening wordt gebracht, het door de derde in rekening gebrachte bedrag in aanmerking wordt genomen.

2 Met betrekking tot niet in geld genoten loon in de vorm van verstrekkingen van branche-eigen producten van het bedrijf van de inhoudingsplichtige dan wel van het bedrijf van een met de inhoudingsplichtige verbonden vennootschap, wordt, in zoverre in afwijking van het eerste lid, steeds de waarde die daaraan in het economische verkeer kan worden toegekend in aanmerking genomen.

3 Bij ministeriële regeling kunnen, in overeenstemming met Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, nadere regels worden gesteld op grond waarvan de waarde van het volgende niet in geld genoten loon op een lager bedrag kan worden gesteld dan het ingevolge de vorige leden in aanmerking te nemen bedrag:

a. voorzieningen die geheel of gedeeltelijk gebruikt of verbruikt worden op een bij die ministeriële regeling aan te wijzen werkplek;

b. het genot van een in het kader van de dienstbetrekking ter beschikking gestelde woning.

4 De waarde van het rentevoordeel van een door de inhoudingsplichtige dan wel door een met de inhoudingsplichtige verbonden vennootschap aan de werknemer verstrekte geldlening ter zake van de aanschaf van een fiets, elektrische fiets of elektrische scooter wordt gesteld op nihil.

5 Bij ministeriële regeling kunnen, in overeenstemming met Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, nadere regels worden gesteld met betrekking tot de waardering van aanspraken.

6 De ingevolge de vorige leden in aanmerking te nemen waarde wordt verminderd met het bedrag dat de werknemer ter zake in rekening wordt gebracht, met dien verstande dat de aldus verminderde waarde ten minste op nihil wordt gesteld.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:1999:AA3831

ECLI:NL:HR:1999:AA38311 december 1999Dit wetsartikel wordt 23 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtLoonbelasting, Procesrecht Belastingen
Hoge Raad20x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:1999:AA2766

ECLI:NL:HR:1999:AA276626 mei 1999Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2006:AU7382

ECLI:NL:HR:2006:AU73823 november 2006Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2002:AE5215

ECLI:NL:HR:2002:AE521512 juli 2002Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtInkomstenbelasting, Loonbelasting, Procesrecht Belastingen
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2006:AU7378

ECLI:NL:HR:2006:AU73783 november 2006Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2024:745

ECLI:NL:HR:2024:74524 mei 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtLoonbelasting, Procesrecht Belastingen
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BW9842

ECLI:NL:HR:2012:BW984229 juni 2012Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2010:BN7207

ECLI:NL:HR:2010:BN720726 november 2010Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2010:BI5095

ECLI:NL:HR:2010:BI509512 maart 2010Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2010:BJ8531

ECLI:NL:HR:2010:BJ853112 maart 2010Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak