Terug naar bibliotheek

Wet op belastingen van rechtsverkeer

Hoofdstuk II. Overdrachtsbelasting
Afdeling 2. Maatstaf van heffing en berekening van belasting
Artikel 10

Artikel 10

Laatste versie

De waarde van aandelen en rechten, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, is gelijk aan de waarde van de goederen als bedoeld in artikel 2, welke door die aandelen of rechten middellijk of onmiddellijk worden vertegenwoordigd, met dien verstande dat de waarde van de goederen, bedoeld in artikel 15, eerste lid, onderdeel y, buiten beschouwing blijft.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad35x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BQ7580

ECLI:NL:HR:2011:BQ758010 juni 2011Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad33x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2007:AU8559

ECLI:NL:HR:2007:AU855923 februari 2007Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad29x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:2110

ECLI:NL:HR:2018:211030 november 2018Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2017:126 - Fraus legis: Gehele constructie negeren bij ontwijking overdrachtsbelasting

ECLI:NL:HR:2017:1263 februari 2017Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak

Bij een samenstel van rechtshandelingen met als doorslaggevende reden belastingontwijking (fraus legis), moet de heffing plaatsvinden alsof de beoogde rechtshandeling direct was verricht. De constructie moet in zijn geheel worden genegeerd, ook de onderdelen die op zichzelf niet belastbaar zouden zijn.

Belastingrecht•Overdrachtsbelasting, Procesrecht Belastingen
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2023:650

ECLI:NL:HR:2023:65021 april 2023Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak