Artikel 17
1. De vakantiebijslag, waarop de werknemer over het loon en de uitkeringen krachtens de Ziektewet, hoofdstuk 3, afdeling 2, paragraaf 1 of de artikelen 4:2b of 6:3 van de Wet arbeid en zorg en de Werkloosheidswet, voor zover een en ander over het tijdvak tot en met 31 mei van het lopende jaar opeisbaar is geworden, recht heeft verworven, wordt behoudens het bepaalde in de volgende leden in de maand juni uitbetaald.
2. Bij publiekrechtelijke regeling of schriftelijke overeenkomst kan ter zake van het tijdstip van uitbetaling van het eerste lid worden afgeweken, met dien verstande, dat uitbetaling ten minste eenmaal per kalenderjaar dient te geschieden.
3. Bij het einde van de dienstbetrekking wordt aan de werknemer het bedrag aan vakantiebijslag uitbetaald, waarop hij op dat tijdstip recht heeft verworven.
Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd
ECLI:NL:RBROT:2025:10467 - Loondoorbetaling bij arbeidsconflict ondanks ontbreken van ziekte - 21 juli 2025
De rechtbank oordeelt dat een werkgever het loon moet doorbetalen op grond van artikel 7:628 BW wanneer een werknemer niet werkt wegens een arbeidsconflict. De situatie komt voor rekening van de werkgever, mede gelet op het advies van de bedrijfsarts om de werknemer vrij te stellen.
ECLI:NL:RBLIM:2025:8222 - Urenvermindering is gedeeltelijke beëindiging met ontbindingsrecht voor werknemer - 20 augustus 2025
De rechtbank oordeelt dat een schriftelijke overeenkomst tot urenvermindering kwalificeert als een gedeeltelijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Hierdoor heeft de werknemer op grond van artikel 7:670b lid 2 BW het recht om deze overeenkomst binnen veertien dagen schriftelijk te ontbinden, zonder opgaaf van redenen.