Artikel 17e
Een melder mag tijdens en na de behandeling van een melding van een vermoeden van een misstand niet worden benadeeld, onder de voorwaarde dat bij de melding aan de werkgever, een bevoegde autoriteit of een bestuursorgaan, dienst of andere bevoegde instantie als bedoeld in artikel 2j, de melder redelijke gronden heeft om aan te nemen dat de gemelde informatie over het vermoeden van een misstand op het moment van de melding juist is.
Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd
ECLI:NL:RBLIM:2025:8647 - Beroep op klokkenluidersbescherming faalt door onvoldoende onderbouwing van meldingen - 4 september 2025
Een beroep op het benadelingsverbod uit de Wet bescherming klokkenluiders (Wbk) slaagt niet als de werknemer onvoldoende concreet maakt welke misstanden zijn gemeld. De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst op basis van een verstoorde arbeidsverhouding, mede veroorzaakt door de onprofessionele communicatie van de werknemer.
ECLI:NL:GHARL:2025:4486 - Ontslag sleutelfunctionaris Solvency II en bescherming als klokkenluider - 21 juli 2025
Het hof oordeelt dat een sleutelfunctionaris onder Solvency II geen algehele ontslagbescherming geniet. Hoewel klokkenluidersmeldingen deels causaal verband hielden met de verstoring, stond deze ontbinding op grond daarvan niet in de weg. Ernstig verwijtbaar handelen van de werkgever rechtvaardigt wel een billijke vergoeding.