Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk I. Algemene bepalingen
§ 3. De werkgever
Artikel 10

Artikel 10

Laatste versie

Als werkgever wordt beschouwd:

a. in de gevallen, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel:

a en b: de aanbesteder;

c en d: degene, met wie de overeenkomst tot bemiddeling is gesloten;

e: de vennootschap;

f: de exploitant of mede-exploitant van het vaartuig;

g: Onze Minister van Defensie of Onze Minister;

h: de coöperatie.

b. in de gevallen, bedoeld in artikel 5, onderdeel:

a: de opdrachtgever;

b: de thuiswerker;

c: degene, met wie het optreden of de sportbeoefening is overeengekomen;

d: degene, die bij de in artikel 5 bedoelde algemene maatregel van bestuur als werkgever wordt aangewezen.

c. de aangewezen inhoudingsplichtige, bedoeld in artikel 6, zesde lid, van de Wet op de loonbelasting 1964.