Artikel 18. Voorbehouden
1 Elke Staat kan, op het tijdstip van ondertekening, bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding, dan wel op enig tijdstip nadien, zich het recht voorbehouden:
a. de toepassing van artikel 2, eerste lid, onderdelen d en e, uit te sluiten;
b. vorderingen ter zake van schade in de zin van het Internationaal Verdrag inzake aansprakelijkheid en vergoeding voor schade in verband met het vervoer over zee van gevaarlijke en schadelijke stoffen, 1996, of enige wijziging hiervan of enig hierbij behorend protocol, uit te sluiten.
Andere voorbehouden ten aanzien van de wezenlijke bepalingen van dit Verdrag zijn niet toegestaan.
2 Voorbehouden gemaakt op het tijdstip van ondertekening dienen bij bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring bevestigd te worden.
3 Elke Staat die een voorbehoud heeft gemaakt ten aanzien van dit Verdrag kan dit te allen tijde intrekken door middel van een kennisgeving aan de Secretaris-Generaal. Een zodanige intrekking wordt van kracht op de datum van ontvangst van de kennisgeving. Indien in de kennisgeving wordt verklaard dat de intrekking van een voorbehoud van kracht dient te worden op een daarin genoemde datum, en die datum valt na de datum waarop de kennisgeving wordt ontvangen door de Secretaris-Generaal, wordt de intrekking op die latere datum van kracht.
Details
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2018:142 - Wrakkenfonds prevaleert: lex specialis bij samenloop van beperkingsvorderingen onder LLMC
Een regresvordering voor kosten van hulpverlening en wrakopruiming, die valt onder art. 2 lid 1 (d) en (e) LLMC, moet verhaald worden op het wrakkenfonds. Dit speciale regime, ingesteld na het Nederlandse voorbehoud van art. 18 LLMC, geldt als lex specialis en prevaleert boven de algemene beperkingsmogelijkheid van het zakenfonds.
ECLI:NL:HR:2018:140 - Regresvordering voor berging van wrak en lading valt in wrakkenfonds
Een regresvordering voor kosten van wrak- en ladingopruiming valt onder de specifieke categorie voor beperking van aansprakelijkheid (wrakkenfonds). Deze specifieke regeling (lex specialis) prevaleert boven de algemene regeling voor zaakschade (zakenfonds), ook als de handelingen als hulpverlening kunnen worden aangemerkt.
ECLI:NL:HR:2020:956 - Rechtsmacht en fondsvorming: de wisselwerking tussen LLMC en Brussel I-bis
Artikel 11 LLMC creëert zelf geen rechtsmacht, maar stelt de voorwaarde dat er een rechtsgeding aanhangig is. Rechtsmacht voor een verzoek tot fondsvorming moet berusten op een externe grondslag, zoals de Verordening Brussel I-bis of het commune bevoegdheidsrecht.