Artikel 63 (Verbod beperkingen kapitaal- en betalingsverkeer)
1. In het kader van de bepalingen van dit hoofdstuk zijn alle beperkingen van het kapitaalverkeer tussen lidstaten onderling en tussen lidstaten en derde landen verboden.
2. In het kader van de bepalingen van dit hoofdstuk zijn alle beperkingen van het betalingsverkeer tussen lidstaten onderling en tussen lidstaten en derde landen verboden.
Uitleg in duidelijke taal
1. In het kader van de bepalingen van dit hoofdstuk zijn alle beperkingen van het kapitaalverkeer tussen lidstaten onderling en tussen lidstaten en derde landen verboden.
Dit betekent letterlijk dat, in het kader van de bepalingen van dit hoofdstuk, alle beperkingen van het kapitaalverkeer tussen lidstaten onderling en tussen lidstaten en derde landen verboden zijn.
2. In het kader van de bepalingen van dit hoofdstuk zijn alle beperkingen van het betalingsverkeer tussen lidstaten onderling en tussen lidstaten en derde landen verboden.
Dit betekent letterlijk dat, in het kader van de bepalingen van dit hoofdstuk, alle beperkingen van het betalingsverkeer tussen lidstaten onderling en tussen lidstaten en derde landen verboden zijn.
Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd
ECLI:NL:HR:2025:1162 - Hoge Raad - 18 juli 2025
ECLI:NL:HR:2025:1163 - Hoge Raad - 18 juli 2025
ECLI:NL:GHAMS:2025:2377 - Hof Amsterdam: Onzakelijke verrekenprijzen, implicit support en omkering bewijslast - 11 september 2025
Gerechtshof Amsterdam oordeelt dat diverse verrekenprijzen, waaronder factoring fees en garantiefees, onzakelijk zijn. Het Hof past het leerstuk van 'implicit support' toe en concludeert dat een beëindiging van licentierechten zonder vergoeding een onzakelijke onttrekking vormt. Wegens de omvang van de correcties wordt de bewijslast omgekeerd.