Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk II. Voorwaarden voor uitlevering
Artikel 4

Artikel 4

Laatste versie

1. Nederlanders worden niet uitgeleverd.

2. Het eerste lid is niet van toepassing indien de uitlevering van een Nederlander is gevraagd ten behoeve van een tegen hem gericht strafrechtelijk onderzoek en naar het oordeel van Onze Minister is gewaarborgd dat, zo hij ter zake van de feiten waarvoor zijn uitlevering kan worden toegestaan in de verzoekende Staat tot onvoorwaardelijke vrijheidsstraf wordt veroordeeld, hij deze straf in Nederland zal mogen ondergaan.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad14x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2008:BC9546

ECLI:NL:HR:2008:BC954611 november 2008Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtInternationaal Strafrecht, Strafprocesrecht
Internationaal PubliekrechtEuropees Recht
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2022:843 - Uitlevering EU-onderdaan: bevoegdheidsverdeling rechter en minister na Raugevicius-arrest

ECLI:NL:HR:2022:84314 juni 2022Dit wetsartikel wordt 9 keer genoemd in deze uitspraak

De beslissing of een EU-onderdaan wegens permanent verblijf in Nederland (op basis van het Raugevicius-arrest) niet wordt uitgeleverd, is voorbehouden aan de minister, niet aan de uitleveringsrechter. De rechter beoordeelt enkel de toelaatbaarheid van de uitlevering.

StrafrechtInternationaal Strafrecht, Strafprocesrecht, Europees Strafrecht
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2001:AD4292

ECLI:NL:HR:2001:AD429218 december 2001Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtInternationaal Strafrecht, Strafprocesrecht, Materieel Strafrecht
Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AT4434

ECLI:NL:HR:2005:AT443414 juni 2005Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtInternationaal Strafrecht, Europees Strafrecht, Strafprocesrecht
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:1690 - Uitlevering EU-burger: geen informatieplicht bij strafexecutie maar Raugevicius-toets

ECLI:NL:HR:2019:16901 november 2019Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Bij een uitleveringsverzoek van een derde land voor strafexecutie van een EU-burger, geldt niet de informatieplicht uit het Petruhhin-arrest. De aangezochte lidstaat moet op basis van het Raugevicius-arrest nagaan of de persoon er permanent verblijft en hem dan gelijk behandelen als eigen onderdanen.

StrafrechtInternationaal Strafrecht, Penitentiair Strafrecht
Internationaal PubliekrechtEuropees Recht, Mensenrechten
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2023:934

ECLI:NL:HR:2023:93420 juni 2023Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2013:146

ECLI:NL:HR:2013:1462 juli 2013Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2004:AO9921

ECLI:NL:HR:2004:AO992115 juni 2004Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak