Artikel 339 (Wettige bewijsmiddelen en algemene bekendheid)
1. Als wettige bewijsmiddelen worden alleen erkend:
1°. eigen waarneming van den rechter; 2°. verklaringen van den verdachte; 3°. verklaringen van een getuige; 4°. verklaringen van een deskundige; 5°. schriftelijke bescheiden.
2. Feiten of omstandigheden van algemeene bekendheid behoeven geen bewijs.
Uitleg in duidelijke taal
1. Als wettige bewijsmiddelen worden alleen erkend:
Dit betekent dat uitsluitend de hierna genoemde middelen als geldig bewijs in een rechtszaak worden aanvaard.
1°. eigen waarneming van den rechter;
Dit betreft wat de rechter zelf heeft gezien of gehoord.
2°. verklaringen van den verdachte;
Dit zijn de uitlatingen die de verdachte persoon heeft gedaan.
3°. verklaringen van een getuige;
Dit omvat de verklaringen afgelegd door een getuige.
4°. verklaringen van een deskundige;
Hieronder vallen de verklaringen van een specialist of expert.
5°. schriftelijke bescheiden.
Dit zijn documenten en andere geschreven stukken.
2. Feiten of omstandigheden van algemeene bekendheid behoeven geen bewijs.
Dit houdt in dat zaken die algemeen bekend zijn, of omstandigheden waarvan algemeen wordt aangenomen dat ze waar zijn, niet bewezen hoeven te worden.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2011:BP0291
ECLI:NL:HR:2016:522
ECLI:NL:HR:2002:AE1182
ECLI:NL:HR:2013:BZ4480
ECLI:NL:HR:2002:AD7805
ECLI:NL:HR:2019:1414
ECLI:NL:HR:2018:1125 - Gebruik van Google Maps als feit van algemene bekendheid in bewijsvoering
Informatie van Google Maps kan een feit van algemene bekendheid zijn als deze geen specialistische kennis vereist en de juistheid niet redelijkerwijs betwistbaar is. Een rechter hoeft dergelijke informatie niet verplicht ter zitting aan de orde te stellen.
ECLI:NL:HR:2009:BJ2831
ECLI:NL:HR:2022:1472 - Strafmotivering: Feiten van algemene bekendheid en de rechterlijke straftoemetingsvrijheid
De Hoge Raad oordeelt dat de strenge eisen voor feiten van algemene bekendheid in het bewijsrecht niet gelden voor de strafmotivering. De rechter heeft een ruime vrijheid om bij de straftoemeting algemene maatschappelijke inzichten te betrekken, zoals het doel van autoverbrandingen.
ECLI:NL:HR:2023:771 - Deelneming terroristische organisatie: ontvangen van geld en ID-kaart onvoldoende voor bewezenverklaring
Het enkel ontvangen van een aanzienlijk geldbedrag en een identiteitskaart van een terroristische organisatie is onvoldoende om het vereiste 'aandeel' in die organisatie te bewijzen. Zonder bewijs van een concrete bijdrage aan het oogmerk van de organisatie, is een bewezenverklaring van deelneming ontoereikend gemotiveerd.