Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Strafvordering in eersten aanleg
Titel VI. Behandeling van de zaak door de rechtbank
Tweede afdeeling. Onderzoek van de vordering van de benadeelde partij op de terechtzitting
Artikel 334

Artikel 334 (Benadeelde partij bewijs en spreekrecht terechtzitting)

Laatste versie

1. De benadeelde partij kan ter terechtzitting tot het bewijs van de ten gevolge van het strafbare feit geleden schade stukken overleggen, doch geen getuigen of deskundigen aanbrengen.

2. De benadeelde partij of degene die haar bijstaat kan aan de getuigen en deskundigen vragen stellen, doch alleen betreffende haar vordering tot schadevergoeding.

3. De benadeelde partij kan haar vordering, nadat de officier van justitie overeenkomstig artikel 311 het woord heeft gevoerd, toelichten of doen toelichten. Zij kan andermaal het woord voeren telkens wanneer de officier van justitie het woord heeft gevoerd, dan wel tot het voeren daarvan in de gelegenheid is gesteld.

Uitleg in duidelijke taal

1. De benadeelde partij kan ter terechtzitting tot het bewijs van de ten gevolge van het strafbare feit geleden schade stukken overleggen, doch geen getuigen of deskundigen aanbrengen.

Dit lid stelt dat de benadeelde partij tijdens de zitting (ter terechtzitting) documenten (stukken) mag indienen (overleggen) om de schade te bewijzen die zij heeft geleden als gevolg van het strafbare feit. Echter (doch), zij mag geen getuigen of deskundigen meebrengen (aanbrengen) voor dit doel.

2. De benadeelde partij of degene die haar bijstaat kan aan de getuigen en deskundigen vragen stellen, doch alleen betreffende haar vordering tot schadevergoeding.

Dit lid bepaalt dat de benadeelde partij, of de persoon die haar juridisch helpt (degene die haar bijstaat), het recht heeft om vragen te stellen aan getuigen en deskundigen. Deze vragen mogen echter (doch alleen) uitsluitend gaan over haar eis (vordering) tot schadevergoeding.

3. De benadeelde partij kan haar vordering, nadat de officier van justitie overeenkomstig artikel 311 het woord heeft gevoerd, toelichten of doen toelichten. Zij kan andermaal het woord voeren telkens wanneer de officier van justitie het woord heeft gevoerd, dan wel tot het voeren daarvan in de gelegenheid is gesteld.

Dit lid geeft aan dat de benadeelde partij haar vordering mag uitleggen (toelichten) of laten uitleggen (doen toelichten). Dit mag pas nadat de officier van justitie zijn zegje heeft gedaan (het woord heeft gevoerd) conform artikel 311. Verder mag de benadeelde partij opnieuw (andermaal) spreken (het woord voeren) elke keer als de officier van justitie gesproken heeft, of wanneer de officier van justitie de kans heeft gekregen om te spreken.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad873x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:793 - Overzichtsarrest vordering benadeelde partij: schadebegroting en motivering - 27 mei 2019

ECLI:NL:HR:2019:79327 mei 2019Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad geeft een overzicht van de regels voor de vordering van de benadeelde partij. Dat de omvang van schade is geschat (art. 6:97 BW), staat toewijzing niet in de weg, mits de rechter zijn oordeel toereikend motiveert aan de hand van vaststaande feiten.

Hoge Raad63x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2006:AV2654 - Hoge Raad - 14 september 2006

ECLI:NL:HR:2006:AV265414 september 2006Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad22x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2024:646 - Vormverzuim, gederfd levensonderhoud en schokschade: motiveringseisen voor de strafrechter - 22 april 2024

ECLI:NL:HR:2024:64622 april 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad vernietigt een arrest wegens motiveringsgebreken. De beoordeling van een vormverzuim (art. 126j Sv) was onvolledig en de toewijzing van complex berekend gederfd levensonderhoud en schokschade was ontoereikend gemotiveerd. Gedrag van de verdachte na de confrontatie telt niet mee voor schokschade.

Hoge Raad16x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2024:644 - Hoge Raad: Motivering toewijzing vordering gederfd levensonderhoud vereist meer - 22 april 2024

ECLI:NL:HR:2024:64422 april 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een hof kan een omvangrijke vordering voor gederfd levensonderhoud niet toewijzen door enkel te verwijzen naar een geaccepteerde rekenmethode en het ontbreken van een tegenonderzoek. De motivering is ontoereikend als niet is vastgesteld dat de eenzijdig aangeleverde, onderliggende gegevens aanvaardbaar zijn.

StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Civiel RechtLetselschaderecht
Hoge Raad10x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BQ0834 - Verdachte kan geen getuigen horen over vordering benadeelde partij - 12 december 2011

ECLI:NL:HR:2011:BQ083412 december 2011Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De verdachte heeft niet het recht om getuigen te laten horen ter betwisting van de vordering van de benadeelde partij. Aangezien de benadeelde partij zelf geen getuigen mag aanbrengen (art. 334 Sv), zou dit in strijd zijn met de 'equality of arms'.

Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2017:3121 - Hoge Raad - 11 december 2017

ECLI:NL:HR:2017:312111 december 2017Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:1448 - Verzoek getuige horen over vordering benadeelde partij terecht afgewezen - 16 juni 2014

ECLI:NL:HR:2014:144816 juni 2014Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat een verzoek van de verdediging om de benadeelde partij als getuige te horen over haar vordering terecht is afgewezen. In het licht van 'equality of arms' (art. 6 EVRM) mag de verdediging geen getuigen aanbrengen, aangezien dit de benadeelde partij ook niet is toegestaan.

Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AS9314 - Hoge Raad - 18 april 2005

ECLI:NL:HR:2005:AS931418 april 2005Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:902 - Verzuim te beslissen op voorwaardelijk getuigenverzoek leidt tot nietigheid - 6 april 2015

ECLI:NL:HR:2015:9026 april 2015Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat een gerechtshof dat nalaat uitdrukkelijk te beslissen op een tijdig en voorwaardelijk gedaan verzoek tot het horen van getuigen, een vormverzuim begaat. Wanneer de voorwaarde is vervuld, leidt dit verzuim op grond van art. 330 Sv tot nietigheid van de uitspraak.

StrafrechtStrafprocesrecht
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:974 - Hoge Raad - 21 april 2014

ECLI:NL:HR:2014:97421 april 2014Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak