Artikel 102 (Handelen Officier van Justitie na opening zaken)
1. Blijken de zaken na opening van belang voor het onderzoek, dan voegt de officier van justitie deze bij de processtukken of de stukken van overtuiging. In het tegenovergestelde geval worden zij, na door den officier van justitie te zijn gesloten, door dezen onverwijld naar hunne bestemming verzonden.
2. Voorzoover het belang van het onderzoek dit niet verbiedt, worden zij vooraf door den officier van justitie gewaarmerkt.
3. De inhoud van de door den officier van justitie geopende zaken, voorzoover deze niet bij de processtukken of de stukken van overtuiging zijn gevoegd, wordt door hem geheim gehouden. Gelijke geheimhouding wordt door hem en door den hulpofficier van justitie in acht genomen ter zake van de inlichtingen in artikel 100, tweede lid, vermeld, voor zoover daarvan niet uit de processtukken blijkt.
4. Van de inbeslagneming, de teruggave, de opening en de verzending wordt door den officier van justitie proces-verbaal opgemaakt dat bij de processtukken wordt gevoegd.
Uitleg in duidelijke taal
1. Blijken de zaken na opening van belang voor het onderzoek, dan voegt de officier van justitie deze bij de processtukken of de stukken van overtuiging. In het tegenovergestelde geval worden zij, na door den officier van justitie te zijn gesloten, door dezen onverwijld naar hunne bestemming verzonden.
Dit betekent letterlijk: Indien na de opening blijkt dat de zaken van belang zijn voor het onderzoek, dan voegt de officier van justitie deze zaken toe aan de processtukken of de stukken van overtuiging. In het tegenovergestelde geval, wanneer de zaken niet van belang zijn, worden zij, nadat zij door de officier van justitie zijn gesloten, door hem (de officier van justitie) onverwijld (onmiddellijk) naar hun bestemming verzonden.
2. Voorzoover het belang van het onderzoek dit niet verbiedt, worden zij vooraf door den officier van justitie gewaarmerkt.
Dit betekent letterlijk: Voor zover het belang van het onderzoek dit niet verhindert (verbiedt), worden de zaken vooraf door de officier van justitie gewaarmerkt (voor echt verklaard/geauthenticeerd).
3. De inhoud van de door den officier van justitie geopende zaken, voorzoover deze niet bij de processtukken of de stukken van overtuiging zijn gevoegd, wordt door hem geheim gehouden. Gelijke geheimhouding wordt door hem en door den hulpofficier van justitie in acht genomen ter zake van de inlichtingen in artikel 100, tweede lid, vermeld, voor zoover daarvan niet uit de processtukken blijkt.
Dit betekent letterlijk: De inhoud van de zaken die door de officier van justitie zijn geopend, wordt door hem geheim gehouden, voor zover deze inhoud niet bij de processtukken of de stukken van overtuiging is gevoegd. Een gelijke geheimhouding wordt door hem en door de hulpofficier van justitie in acht genomen (nageleefd) ten aanzien van (ter zake van) de inlichtingen die in artikel 100, tweede lid, zijn vermeld, voor zover die inlichtingen niet uit de processtukken blijken.
4. Van de inbeslagneming, de teruggave, de opening en de verzending wordt door den officier van justitie proces-verbaal opgemaakt dat bij de processtukken wordt gevoegd.
Dit betekent letterlijk: De officier van justitie maakt een proces-verbaal op van de inbeslagneming, de teruggave, de opening en de verzending. Dit proces-verbaal wordt vervolgens bij de processtukken gevoegd.