Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Misdrijven
Titel XXV. Bedrog
Artikel 326e

Artikel 326e (Bedrog geautomatiseerde verkoop onvolledige levering)

Laatste versie

Hij die een beroep of een gewoonte maakt van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen of verlenen van diensten tegen betaling met het oogmerk om zonder volledige levering zich of een ander van de betaling van die goederen of diensten te verzekeren, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vijfde categorie.

Uitleg in duidelijke taal

Hij die een beroep of een gewoonte maakt van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen of verlenen van diensten tegen betaling met het oogmerk om zonder volledige levering zich of een ander van de betaling van die goederen of diensten te verzekeren, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vijfde categorie.

Dit artikel bepaalt het volgende: een persoon die een beroep of een gewoonte maakt van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen of verlenen van diensten tegen betaling, en dit doet met het oogmerk om zonder volledige levering zich of een ander van de betaling van die goederen of diensten te verzekeren, die persoon wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vijfde categorie.

Gerelateerde rechtspraak

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2024:2031 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 28 maart 2024

ECLI:NL:RBZWB:2024:203128 maart 2024Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Gelderland

ECLI:NL:RBGEL:2024:7035 - Rechtbank Gelderland - 15 oktober 2024

ECLI:NL:RBGEL:2024:703515 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Gelderland

ECLI:NL:RBGEL:2024:7036 - Rechtbank Gelderland - 15 oktober 2024

ECLI:NL:RBGEL:2024:703615 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Rotterdam

ECLI:NL:RBROT:2024:8231 - Rechtbank Rotterdam - 28 augustus 2024

ECLI:NL:RBROT:2024:823128 augustus 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2024:2397 - Rechtbank Overijssel - 2 mei 2024

ECLI:NL:RBOVE:2024:23972 mei 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Den Haag

ECLI:NL:GHDHA:2024:373 - Gerechtshof Den Haag - 12 maart 2024

ECLI:NL:GHDHA:2024:37312 maart 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Den Haag

ECLI:NL:GHDHA:2024:375 - Gerechtshof Den Haag - 12 maart 2024

ECLI:NL:GHDHA:2024:37512 maart 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Den Haag

ECLI:NL:GHDHA:2024:376 - Gerechtshof Den Haag - 12 maart 2024

ECLI:NL:GHDHA:2024:37612 maart 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Amsterdam

ECLI:NL:RBAMS:2024:754 - Rechtbank Amsterdam - 12 februari 2024

ECLI:NL:RBAMS:2024:75412 februari 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2024:5283 - Rechtbank Overijssel - 14 oktober 2024

ECLI:NL:RBOVE:2024:528314 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak