Artikel 169 (Schuld verongelukken vervoermiddelen met gevolgen)
Hij aan wiens schuld te wijten is dat enig vaartuig, voertuig of luchtvaartuig zinkt, strandt of verongelukt, vernield, onbruikbaar gemaakt of beschadigd wordt, wordt gestraft: 1°. met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de vierde categorie, indien daardoor levensgevaar voor een ander ontstaat; 2°. met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie, indien het feit iemands dood ten gevolge heeft.
Uitleg in duidelijke taal
Hij aan wiens schuld te wijten is dat enig vaartuig, voertuig of luchtvaartuig zinkt, strandt of verongelukt, vernield, onbruikbaar gemaakt of beschadigd wordt, wordt gestraft:
Dit artikel bepaalt dat de persoon aan wiens schuld het te wijten is dat een vaartuig, voertuig of luchtvaartuig zinkt, strandt, verongelukt, vernield, onbruikbaar gemaakt of beschadigd wordt, gestraft wordt volgens de hierna volgende bepalingen:
1°. met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de vierde categorie, indien daardoor levensgevaar voor een ander ontstaat;
De straf bedraagt een gevangenisstraf van maximaal één jaar of een geldboete van de vierde categorie, in het geval dat door de betreffende gebeurtenis levensgevaar voor een andere persoon ontstaat.
2°. met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie, indien het feit iemands dood ten gevolge heeft.
De straf bedraagt een gevangenisstraf van maximaal twee jaar of een geldboete van de vierde categorie, in het geval dat de betreffende gebeurtenis de dood van een persoon tot gevolg heeft.