Wetboek van Strafrecht

Hij die opzettelijk enig werk dienende voor het openbaar verkeer of het luchtverkeer vernielt, onbruikbaar maakt of beschadigt, enige openbare land- of waterweg verspert of een ten aanzien van zodanig werk of van zodanige weg genomen veiligheidsmaatregel verijdelt, wordt gestraft:

Dit artikel bepaalt dat een persoon wordt gestraft wanneer deze opzettelijk een werk dienende voor het openbaar verkeer of het luchtverkeer vernielt, onbruikbaar maakt of beschadigt. Dit geldt ook als die persoon een openbare land- of waterweg verspert, of een veiligheidsmaatregel die voor een dergelijk werk of weg is genomen, verijdelt. De straffen worden hieronder gespecificeerd:

1°. met gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien daarvan gevaar voor de veiligheid van het verkeer te duchten is;

De straf is een gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren of een geldboete van de vijfde categorie, op voorwaarde dat door de handeling gevaar voor de veiligheid van het verkeer te duchten is (wat betekent dat er een reële dreiging van gevaar voor de verkeersveiligheid moet zijn).

2°. met gevangenisstraf van ten hoogste vijftien jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien daarvan gevaar voor de veiligheid van het verkeer te duchten is en het feit iemands dood ten gevolge heeft.

De straf is een gevangenisstraf van ten hoogste vijftien jaren of een geldboete van de vijfde categorie, indien door de handeling gevaar voor de veiligheid van het verkeer te duchten is én het feit iemands dood ten gevolge heeft (wat betekent dat de handeling de dood van een persoon heeft veroorzaakt).