Artikel 7 (Rechtsmacht Nederlandse rechter samenhangende vorderingen)
1. Indien in zaken die bij dagvaarding moeten worden ingeleid de Nederlandse rechter ten aanzien van een van de gedaagden rechtsmacht heeft, komt hem deze ook toe ten aanzien van in hetzelfde geding betrokken andere gedaagden, mits tussen de vorderingen tegen de onderscheiden gedaagden een zodanige samenhang bestaat, dat redenen van doelmatigheid een gezamenlijke behandeling rechtvaardigen.
2. Indien in zaken die bij dagvaarding moeten worden ingeleid de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft, komt hem deze ook toe ten aanzien van een vordering in reconventie en ten aanzien van een vordering tot vrijwaring, voeging of tussenkomst, tenzij tussen deze vorderingen en de oorspronkelijke vordering onvoldoende samenhang bestaat.
Uitleg in duidelijke taal
1. Indien in zaken die bij dagvaarding moeten worden ingeleid de Nederlandse rechter ten aanzien van een van de gedaagden rechtsmacht heeft, komt hem deze ook toe ten aanzien van in hetzelfde geding betrokken andere gedaagden, mits tussen de vorderingen tegen de onderscheiden gedaagden een zodanige samenhang bestaat, dat redenen van doelmatigheid een gezamenlijke behandeling rechtvaardigen.
Dit lid bepaalt dat als de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft over één van de gedaagden in zaken die bij dagvaarding moeten worden ingeleid, de rechter deze rechtsmacht ook aan hem toekomt ten aanzien van andere gedaagden die in hetzelfde geding betrokken zijn. Dit geldt echter alleen mits er tussen de vorderingen tegen de onderscheiden gedaagden een zodanige samenhang bestaat, dat redenen van doelmatigheid een gezamenlijke behandeling rechtvaardigen.
2. Indien in zaken die bij dagvaarding moeten worden ingeleid de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft, komt hem deze ook toe ten aanzien van een vordering in reconventie en ten aanzien van een vordering tot vrijwaring, voeging of tussenkomst, tenzij tussen deze vorderingen en de oorspronkelijke vordering onvoldoende samenhang bestaat.
- een vordering in reconventie,
- en een vordering tot vrijwaring, voeging of tussenkomst. Dit geldt tenzij er tussen deze vorderingen en de oorspronkelijke vordering onvoldoende samenhang bestaat.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2019:443 - Uitleg commune rechtsmacht (art. 7 lid 1 Rv) naar EU-maatstaven
De Hoge Raad oordeelt dat commune regels voor internationale rechtsmacht, zoals art. 7 lid 1 Rv, moeten worden uitgelegd conform de rechtspraak van het HvJEU. Dit betekent dat de rechter alle beschikbare gegevens mag toetsen en dat de rechtsmacht over een medegedaagde een ankergedaagde vereist.