Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Van de gerechtelijke tenuitvoerlegging van vonnissen, beschikkingen en authentieke akten
Derde titel. Van de gerechtelijke tenuitvoerlegging op onroerende zaken
Zesde afdeling. Van gedwongen ontruiming
Artikel 558

Artikel 558 (Mede-toepassing afdeling gedwongen ontruiming)

Laatste versie

Deze afdeling is mede van toepassing, indien een gehele of gedeeltelijke al of niet tijdelijke ontruiming nodig is, omdat: a. de executant overeenkomstig artikel 299 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek is gemachtigd ten aanzien van een onroerende zaak zelf datgene te verrichten waartoe nakoming van een jegens hem bestaande verplichting zou hebben geleid; of b. de executant krachtens de door hem verkregen uitspraak gerechtigd is werkzaamheden op of aan een onroerende zaak te verrichten en degene tegen wie de tenuitvoerlegging zich richt, gehouden is dit te gedogen.

Uitleg in duidelijke taal

Deze afdeling is mede van toepassing, indien een gehele of gedeeltelijke al of niet tijdelijke ontruiming nodig is, omdat:

Dit betekent dat de regels van deze afdeling (die gaan over gedwongen ontruiming) ook gelden als een volledige of gedeeltelijke, al dan niet tijdelijke, ontruiming noodzakelijk is, om de volgende redenen:

a. de executant overeenkomstig artikel 299 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek is gemachtigd ten aanzien van een onroerende zaak zelf datgene te verrichten waartoe nakoming van een jegens hem bestaande verplichting zou hebben geleid; of

Dit houdt in dat de afdeling van toepassing is als de executant (degene die de tenuitvoerlegging vordert) op basis van artikel 299 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek de bevoegdheid (machtiging) heeft gekregen om met betrekking tot een onroerende zaak zelf de handelingen uit te voeren die nodig zouden zijn geweest als een verplichting jegens hem was nagekomen; of

b. de executant krachtens de door hem verkregen uitspraak gerechtigd is werkzaamheden op of aan een onroerende zaak te verrichten en degene tegen wie de tenuitvoerlegging zich richt, gehouden is dit te gedogen.

Dit betekent dat de afdeling van toepassing is als de executant op grond van (krachtens) een door hem verkregen rechterlijke uitspraak het recht heeft om werkzaamheden op of aan een onroerende zaak uit te voeren, en de persoon tegen wie de tenuitvoerlegging is gericht, verplicht is (gehouden is) om deze werkzaamheden toe te staan (te gedogen).

Gerelateerde rechtspraak

Rechtbank Noord-Holland

ECLI:NL:RBNHO:2024:4511 - Rechtbank Noord-Holland - 24 april 2024

ECLI:NL:RBNHO:2024:451124 april 2024Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2024:238 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 16 januari 2024

ECLI:NL:RBZWB:2024:23816 januari 2024Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2024:5105 - Rechtbank Overijssel - 1 oktober 2024

ECLI:NL:RBOVE:2024:51051 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2024:5587 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 13 augustus 2024

ECLI:NL:RBZWB:2024:558713 augustus 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2024:4928 - Rechtbank Limburg - 23 juli 2024

ECLI:NL:RBLIM:2024:492823 juli 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Noord-Holland

ECLI:NL:RBNHO:2024:5115 - Rechtbank Noord-Holland - 23 mei 2024

ECLI:NL:RBNHO:2024:511523 mei 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Oost-Brabant

ECLI:NL:RBOBR:2024:2173 - Rechtbank Oost-Brabant - 25 april 2024

ECLI:NL:RBOBR:2024:217325 april 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2024:4923 - Rechtbank Limburg - 23 juli 2024

ECLI:NL:RBLIM:2024:492323 juli 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Rotterdam

ECLI:NL:RBROT:2024:7328 - Rechtbank Rotterdam - 11 juli 2024

ECLI:NL:RBROT:2024:732811 juli 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2024:1692 - Rechtbank Limburg - 7 april 2024

ECLI:NL:RBLIM:2024:16927 april 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak