Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Van de gerechtelijke tenuitvoerlegging van vonnissen, beschikkingen en authentieke akten
Derde titel. Van de gerechtelijke tenuitvoerlegging op onroerende zaken
Zesde afdeling. Van gedwongen ontruiming
Artikel 555

Artikel 555 (Exploot en termijnen gedwongen ontruiming)

Laatste versie

1. De gedwongen ontruiming van onroerende zaken moet worden voorafgegaan door een exploot van een deurwaarder, houdende bevel om binnen drie dagen aan de executoriale titel te voldoen, alsmede een vermelding van de datum van ontruiming. De artikelen 502 en 503 zijn van overeenkomstige toepassing.

2. Indien de gedwongen ontruiming niet plaatsvindt op de datum aangegeven in het exploot, dient de nieuwe datum ten minste drie dagen voor de ontruiming te worden aangezegd aan de schuldenaar.

Uitleg in duidelijke taal

1. De gedwongen ontruiming van onroerende zaken moet worden voorafgegaan door een exploot van een deurwaarder, houdende bevel om binnen drie dagen aan de executoriale titel te voldoen, alsmede een vermelding van de datum van ontruiming. De artikelen 502 en 503 zijn van overeenkomstige toepassing.

Dit lid bepaalt dat voordat een gedwongen ontruiming van onroerende zaken mag plaatsvinden, er eerst een exploot van een deurwaarder moet zijn. Dit exploot moet een bevel inhouden om binnen een termijn van drie dagen te voldoen aan de executoriale titel. Tevens moet het exploot de datum vermelden waarop de ontruiming zal plaatsvinden. Bovendien zijn de bepalingen van artikel 502 en artikel 503 op eenzelfde wijze van toepassing.

2. Indien de gedwongen ontruiming niet plaatsvindt op de datum aangegeven in het exploot, dient de nieuwe datum ten minste drie dagen voor de ontruiming te worden aangezegd aan de schuldenaar.

Dit lid stelt dat wanneer de gedwongen ontruiming niet wordt uitgevoerd op de datum die in het exploot is vermeld, de schuldenaar minimaal drie dagen vóór de nieuwe ontruimingsdatum op de hoogte moet worden gesteld van deze nieuwe datum. Deze kennisgeving wordt 'aangezegd' genoemd.

Gerelateerde rechtspraak

Rechtbank Noord-Holland5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RBNHO:2024:2048 - Rechtbank Noord-Holland - 28 februari 2024

ECLI:NL:RBNHO:2024:204828 februari 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Amsterdam

ECLI:NL:RBAMS:2024:5922 - Rechtbank Amsterdam - 19 september 2024

ECLI:NL:RBAMS:2024:592219 september 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Rotterdam

ECLI:NL:RBROT:2024:7177 - Rechtbank Rotterdam - 29 juli 2024

ECLI:NL:RBROT:2024:717729 juli 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Rotterdam

ECLI:NL:RBROT:2024:6968 - Rechtbank Rotterdam - 21 juli 2024

ECLI:NL:RBROT:2024:696821 juli 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Noord-Holland

ECLI:NL:RBNHO:2024:5774 - Rechtbank Noord-Holland - 11 juni 2024

ECLI:NL:RBNHO:2024:577411 juni 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Oost-Brabant

ECLI:NL:RBOBR:2024:2519 - Rechtbank Oost-Brabant - 10 juni 2024

ECLI:NL:RBOBR:2024:251910 juni 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Noord-Holland

ECLI:NL:RBNHO:2024:7172 - Rechtbank Noord-Holland - 28 mei 2024

ECLI:NL:RBNHO:2024:717228 mei 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Noord-Holland

ECLI:NL:RBNHO:2024:736 - Rechtbank Noord-Holland - 30 januari 2024

ECLI:NL:RBNHO:2024:73630 januari 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Noord-Holland

ECLI:NL:RBNHO:2023:13385 - Rechtbank Noord-Holland - 21 december 2023

ECLI:NL:RBNHO:2023:1338521 december 2023Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Noord-Holland2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RBNHO:2024:2010 - Rechtbank Noord-Holland - 6 maart 2024

ECLI:NL:RBNHO:2024:20106 maart 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak