Artikel 235 (Alsnog zekerheidstelling vorderen na rechtsmiddel)
Indien het vonnis uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, evenwel zonder dat daaraan de voorwaarde is verbonden dat zekerheid wordt gesteld, en indien tegen dat vonnis een rechtsmiddel is aangewend, kan alsnog een daartoe strekkende incidentele vordering worden ingesteld.
Uitleg in duidelijke taal
Indien het vonnis uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, evenwel zonder dat daaraan de voorwaarde is verbonden dat zekerheid wordt gesteld, en indien tegen dat vonnis een rechtsmiddel is aangewend, kan alsnog een daartoe strekkende incidentele vordering worden ingesteld.
Dit artikel beschrijft een situatie waarin een vonnis uitvoerbaar bij voorraad is verklaard. Als dit is gebeurd evenwel zonder dat daaraan de voorwaarde is verbonden dat zekerheid wordt gesteld, en er vervolgens tegen dat vonnis een rechtsmiddel is aangewend, dan bepaalt dit artikel dat alsnog een incidentele vordering kan worden ingesteld die ertoe strekt (daartoe strekkende) om die zekerheidstelling alsnog te verkrijgen.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2019:2026 - Hoge Raad verenigt maatstaven voor schorsing van tenuitvoerlegging bij voorraad
De Hoge Raad stelt één uniforme maatstaf vast voor de schorsing van tenuitvoerlegging van een uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis, ongeacht of dit in kort geding of in een appelincident wordt gevraagd. De strenge 'Ritzen/Hoekstra'-maatstaf (misbruik van recht) geldt niet meer zolang een rechtsmiddel openstaat.
ECLI:NL:HR:2008:BC5012
ECLI:NL:HR:2021:1099 - Bestuurdersaansprakelijkheid: handelen medebestuurder kan bewijsvermoeden art. 2:248 BW ontzenuwen
Voor het ontzenuwen van het bewijsvermoeden in art. 2:248 lid 2 BW mogen bestuurders aannemelijk maken dat andere feiten of omstandigheden het faillissement veroorzaakten. De Hoge Raad oordeelt dat ook handelingen van een medebestuurder zo'n ‘andere oorzaak’ kunnen zijn, zelfs als die handelingen zelf geen kennelijk onbehoorlijk bestuur vormen.