Terug naar bibliotheek
Eerste Boek. De wijze van procederen voor de rechtbanken, de hoven en de Hoge Raad
Tweede titel. De dagvaardingsprocedure in eerste aanleg
Negende afdeling. Bewijs
§ 3. Openlegging van boeken, bescheiden en geschriften
Artikel 162

Artikel 162 (Openlegging boeken, bescheiden en geschriften)

Laatste versie

1. De rechter kan in de loop van een geding, op verzoek of ambtshalve, aan partijen of aan een van hen de openlegging bevelen van de boeken, bescheiden en geschriften, die zij ingevolge de wet moeten houden, maken of bewaren.

2. Wordt aan dit bevel niet voldaan, dan kan de rechter daaruit de gevolgtrekking maken die hij geraden acht.

3. In een geding betreffende een jaarrekening kan de rechter ook ambtshalve de openlegging bevelen op straffe van een dwangsom.

Uitleg in duidelijke taal

1. De rechter kan in de loop van een geding, op verzoek of ambtshalve, aan partijen of aan een van hen de openlegging bevelen van de boeken, bescheiden en geschriften, die zij ingevolge de wet moeten houden, maken of bewaren.

Dit betekent letterlijk dat de rechter gedurende een juridische procedure (geding), hetzij op verzoek van een partij, hetzij uit eigen beweging (ambtshalve), de betrokken partijen of één van hen kan bevelen om inzage te geven in (openlegging) de boeken, documenten (bescheiden) en andere geschriften. Het gaat hierbij om documenten die zij op grond van (ingevolge) de wet verplicht zijn bij te houden, op te stellen (maken) of te bewaren.

2. Wordt aan dit bevel niet voldaan, dan kan de rechter daaruit de gevolgtrekking maken die hij geraden acht.

Dit betekent letterlijk: Indien niet wordt voldaan aan het bevel van de rechter tot openlegging, dan mag de rechter daaruit de conclusies trekken (gevolgtrekking maken) die hij passend of juist oordeelt (geraden acht).

3. In een geding betreffende een jaarrekening kan de rechter ook ambtshalve de openlegging bevelen op straffe van een dwangsom.

Dit betekent letterlijk: Wanneer een juridische procedure (geding) gaat over een jaarrekening, dan kan de rechter ook uit eigen beweging (ambtshalve) bevelen dat bepaalde documenten ter inzage worden gegeven (openlegging). Als dit bevel niet wordt nageleefd, kan de rechter als sanctie (op straffe van) een dwangsom opleggen. Een dwangsom is een geldbedrag dat betaald moet worden als het bevel niet wordt opgevolgd.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad33x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BS1706 - Uitleg overeenkomst (Haviltex), afwijzing exhibitieplicht en vordering wegens bedrog - 17 november 2011

ECLI:NL:HR:2011:BS170617 november 2011Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak

De uitleg van een commerciële overeenkomst geschiedt via de Haviltex-maatstaf. Een vordering tot exhibitie (art. 843a Rv) wordt afgewezen als deze onvoldoende gespecificeerd is en het karakter van een 'fishing expedition' heeft. Een vordering wegens bedrog kan naast een vordering tot nakoming bestaan.

Civiel RechtVerbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht, Europees Civiel Recht
Hoge Raad23x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BW3263 - Incidentele vordering art. 843a Rv: tussenvonnis of eindvonnis? - 12 juli 2012

ECLI:NL:HR:2012:BW326312 juli 2012Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een beslissing op een incidentele vordering ex artikel 843a Rv, ingesteld in een lopende procedure met het oog op de instructie van de zaak, is een tussenvonnis. Daartegen staat geen tussentijds hoger beroep open zonder verlof, conform artikel 337 lid 2 Rv.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:GHARL:2024:5461 - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden - 26 augustus 2024

ECLI:NL:GHARL:2024:546126 augustus 2024Dit wetsartikel wordt 7 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:GHARL:2024:5112 - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden - 29 juli 2024

ECLI:NL:GHARL:2024:511229 juli 2024Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Parket bij de Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:PHR:2024:324 - Parket bij de Hoge Raad - 21 maart 2024

ECLI:NL:PHR:2024:32421 maart 2024Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2024:7017 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 15 oktober 2024

ECLI:NL:RBZWB:2024:701715 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Oost-Brabant

ECLI:NL:RBOBR:2024:3452 - Rechtbank Oost-Brabant - 16 juli 2024

ECLI:NL:RBOBR:2024:345216 juli 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Midden-Nederland

ECLI:NL:RBMNE:2024:3152 - Rechtbank Midden-Nederland - 21 mei 2024

ECLI:NL:RBMNE:2024:315221 mei 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:GHARL:2024:3889 - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden - 10 juni 2024

ECLI:NL:GHARL:2024:388910 juni 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Amsterdam1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:GHAMS:2024:777 - Gerechtshof Amsterdam - 25 maart 2024

ECLI:NL:GHAMS:2024:77725 maart 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak