Artikel 1019b (Voorlopige bewijsmaatregelen intellectuele eigendom)
1. De voorzieningenrechter kan verlof verlenen tot het treffen van voorlopige maatregelen ter bescherming van bewijs aan de verzoeker die voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat er inbreuk op zijn recht van intellectuele eigendom is gemaakt of dreigt te worden gemaakt. Tot deze maatregelen ter bescherming van bewijs kunnen behoren, naast de reeds in de wet geregelde maatregelen, conservatoir bewijsbeslag, gedetailleerde beschrijving en monsterneming ter zake van vermeend inbreukmakende roerende zaken, bij de productie daarvan gebruikte materialen en werktuigen en op de inbreuk betrekking hebbende documenten.
2. De rechter bepaalt zo nodig de wijze waarop beschrijving plaatsvindt of monsters worden genomen en wat met de monsters dient te gebeuren.
3. Deze maatregelen worden genomen zo nodig zonder dat de wederpartij wordt gehoord, met name indien het aannemelijk is dat uitstel de verzoeker onherstelbare schade zal berokkenen, of indien er een aantoonbaar gevaar voor verduistering of verlies van bewijs bestaat.
4. Verlof tot het treffen van de gevraagde maatregel wordt niet gegeven voor zover de bescherming van vertrouwelijke informatie niet is gewaarborgd.
Uitleg in duidelijke taal
1. De voorzieningenrechter kan verlof verlenen tot het treffen van voorlopige maatregelen ter bescherming van bewijs aan de verzoeker die voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat er inbreuk op zijn recht van intellectuele eigendom is gemaakt of dreigt te worden gemaakt. Tot deze maatregelen ter bescherming van bewijs kunnen behoren, naast de reeds in de wet geregelde maatregelen, conservatoir bewijsbeslag, gedetailleerde beschrijving en monsterneming ter zake van vermeend inbreukmakende roerende zaken, bij de productie daarvan gebruikte materialen en werktuigen en op de inbreuk betrekking hebbende documenten.
Dit lid stelt dat de voorzieningenrechter verlof kan verlenen voor het nemen van voorlopige maatregelen ter bescherming van bewijs. Dit kan op verzoek van een verzoeker die voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat er een inbreuk op zijn recht van intellectuele eigendom is gemaakt of dreigt te worden gemaakt. Zulke maatregelen ter bescherming van bewijs kunnen, naast maatregelen die al in de wet zijn vastgelegd, bestaan uit conservatoir bewijsbeslag, een gedetailleerde beschrijving en het nemen van monsters (monsterneming) van vermeend inbreukmakende roerende zaken. Dit geldt ook voor de bij de productie daarvan gebruikte materialen en werktuigen en voor documenten die op de inbreuk betrekking hebben.
2. De rechter bepaalt zo nodig de wijze waarop beschrijving plaatsvindt of monsters worden genomen en wat met de monsters dient te gebeuren.
Dit lid bepaalt dat de rechter, indien nodig, vaststelt op welke wijze de beschrijving plaatsvindt of monsters worden genomen, en ook beslist wat met de monsters dient te gebeuren.
3. Deze maatregelen worden genomen zo nodig zonder dat de wederpartij wordt gehoord, met name indien het aannemelijk is dat uitstel de verzoeker onherstelbare schade zal berokkenen, of indien er een aantoonbaar gevaar voor verduistering of verlies van bewijs bestaat.
Dit lid geeft aan dat deze maatregelen indien nodig kunnen worden genomen zonder dat de wederpartij wordt gehoord. Dit is met name het geval als het aannemelijk is dat uitstel de verzoeker onherstelbare schade zal berokkenen, of als er een aantoonbaar gevaar voor verduistering of verlies van bewijs bestaat.
4. Verlof tot het treffen van de gevraagde maatregel wordt niet gegeven voor zover de bescherming van vertrouwelijke informatie niet is gewaarborgd.
Dit lid stelt dat verlof tot het treffen van de gevraagde maatregel niet wordt gegeven in de mate dat de bescherming van vertrouwelijke informatie niet is gewaarborgd.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2013:BZ9958 - Hoge Raad: Bewijsbeslag buiten IE-zaken toegestaan onder strikte voorwaarden - 12 september 2013
De Hoge Raad oordeelt dat conservatoir bewijsbeslag ook buiten intellectuele-eigendomszaken mogelijk is op basis van artikel 730 en 843a Rv. De rechter moet dit ingrijpende middel terughoudend toepassen, waarbij de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit en de bescherming van privacy en vertrouwelijkheid centraal staan.
ECLI:NL:HR:2015:3304 - AIB/Novisem: Ruime uitleg aanbieden onder kwekersrecht en exhibitieplicht - 12 november 2015
Het begrip 'te koop aanbieden' in het kwekersrecht moet ruim worden uitgelegd. Ook een aanbod met de mededeling dat levering pas na expiratie van het recht mogelijk is, vormt een inbreuk die een vordering tot inzage (exhibitie) van bewijsmateriaal kan rechtvaardigen.
ECLI:NL:HR:2021:273 - Bewijsbeslag op de Staat: Spanning tussen verschoningsrecht en strafvordering - 18 februari 2021
Een advocaat heeft een eigen, in rechte afdwingbaar belang bij de eerbiediging van zijn verschoningsrecht en kan daarvoor bewijsbeslag leggen. Beslag op originelen uit een strafdossier is wegens strijd met de openbare dienst verboden, maar beslag op daarvan gemaakte kopieën is wel toegestaan.
ECLI:NL:HR:2016:2834 - Exhibitievordering IE-zaken: maatstaf voor inbreuk en het nietigheidsverweer - 8 december 2016
De Hoge Raad herhaalt dat voor een exhibitievordering in IE-zaken de inbreuk 'voldoende aannemelijk' moet zijn. Dit vereist een belangenafweging. De Raad legt prejudiciële vragen voor aan het HvJEU over de te hanteren maatstaf voor een nietigheidsverweer en een eventueel onderscheid tussen inbreukmakers en derden.
ECLI:NL:HR:2018:1775 - Inzagevordering bij bedrijfsgeheimen: maatstaf en gedetailleerde beschrijving - 27 september 2018
De Hoge Raad past de AIB/Novisem-maatstaf toe op inzagevorderingen bij bedrijfsgeheimen, waarbij volledige specificatie niet vereist is. Cruciaal is dat de maatregel van 'gedetailleerde beschrijving' nu ook toelaatbaar is in niet-IE-zaken die hierop lijken, zoals schending van bedrijfsgeheimen.
ECLI:NL:HR:2016:2643 - Hoge Raad over inzagevordering bij IE-inbreuk: maatstaven en nietigheidsverweer - 17 november 2016
De Hoge Raad herhaalt de maatstaf voor een inzagevordering in IE-zaken ('voldoende aannemelijk') en besluit prejudiciële vragen aan het HvJEU te stellen over de beoordeling van een nietigheidsverweer en een eventueel afwijkende maatstaf voor derden in exhibitieprocedures.