Artikel 1 (Gelijke behandeling en discriminatieverbod)
Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, handicap, seksuele gerichtheid of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.
Uitleg in duidelijke taal
Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, handicap, seksuele gerichtheid of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.
Dit artikel stelt dat alle personen die zich in Nederland bevinden, in gelijke gevallen op een gelijke manier behandeld moeten worden. Het artikel specificeert verder dat discriminatie op grond van godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, handicap, seksuele gerichtheid, of op welke andere grond dan ook, niet is toegestaan.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2022:752 - Interne compensatie, redelijke termijn en discriminerende proceskostenvergoeding in BPM-zaak
Interne compensatie is toegestaan, ook als dit een op Unierecht gebaseerde vordering tenietdoet. De coronapandemie rechtvaardigt niet zonder meer verlenging van de redelijke termijn. Een lagere proceskostenvergoeding voor BPM-zaken is in strijd met het discriminatieverbod en moet buiten toepassing blijven.
ECLI:NL:HR:2024:1060
ECLI:NL:HR:2013:7
ECLI:NL:HR:2016:2495
ECLI:NL:HR:2013:917
ECLI:NL:HR:1996:ZD0139 - Porsche-arrest: de grens tussen dood door schuld en voorwaardelijk opzet
Porsche Arrest
In het Porsche-arrest stelt de Hoge Raad dat voor een veroordeling voor doodslag in het verkeer (op basis van voorwaardelijk opzet) niet volstaat dat de verdachte een aanmerkelijke kans op een fataal ongeval heeft veroorzaakt, maar ook dat hij die kans bewust heeft aanvaard.
ECLI:NL:HR:2016:740
ECLI:NL:HR:2016:510 - Leus 'Ali B en Mustapha ga terug naar Ankara' is groepsbelediging
De Hoge Raad oordeelt dat de leus 'Ali B en Mustapha ga toch terug naar Ankara', geroepen tijdens een anti-immigratiedemonstratie, groepsbelediging en aanzetten tot discriminatie oplevert. De context van de uitlating is doorslaggevend voor de kwalificatie als strafbaar feit.