Terug naar bibliotheek
Titel III. Schuldsaneringsregeling natuurlijke personen
Achtste afdeling. Termijn en beëindiging van de toepassing van de schuldsaneringsregeling
Artikel 352

Artikel 352 (Procedure beëindigingszitting schuldsanering)

Laatste versie

1. Indien de toepassing van de schuldsaneringsregeling niet reeds is beëindigd, bepaalt de rechtbank op voordracht van de rechter-commissaris, op verzoek van de bewindvoerder dan wel van de schuldenaar hetzij ambtshalve uiterlijk een maand vóór het einde van de termijn bedoeld in artikel 349a, dag, uur en plaats voor de zitting waarop de beëindiging van de toepassing van de schuldsaneringsregeling wordt behandeld.

2. De zitting zal niet eerder dan veertien dagen en niet later dan eenentwintig dagen na de beschikking van de rechtbank gehouden worden.

3. De bewindvoerder doet van de dag, uur, en plaats onverwijld aankondiging in de Staatscourant.

Uitleg in duidelijke taal

1. Indien de toepassing van de schuldsaneringsregeling niet reeds is beëindigd, bepaalt de rechtbank op voordracht van de rechter-commissaris, op verzoek van de bewindvoerder dan wel van de schuldenaar hetzij ambtshalve uiterlijk een maand vóór het einde van de termijn bedoeld in artikel 349a, dag, uur en plaats voor de zitting waarop de beëindiging van de toepassing van de schuldsaneringsregeling wordt behandeld.

Dit betekent letterlijk: Als de schuldsaneringsregeling nog niet is beëindigd, dan stelt de rechtbank de dag, het uur en de plaats vast voor de zitting. Tijdens deze zitting wordt de beëindiging van de toepassing van de schuldsaneringsregeling behandeld. De rechtbank doet dit op voordracht van de rechter-commissaris, op verzoek van de bewindvoerder of de schuldenaar, of uit eigen beweging (ambtshalve). Dit moet uiterlijk een maand voor het einde van de termijn zoals genoemd in artikel 349a gebeuren.

2. De zitting zal niet eerder dan veertien dagen en niet later dan eenentwintig dagen na de beschikking van de rechtbank gehouden worden.

Dit betekent letterlijk: De zitting vindt plaats minimaal veertien dagen en maximaal eenentwintig dagen nadat de rechtbank de beschikking (het besluit om de zitting te houden) heeft gegeven.

3. De bewindvoerder doet van de dag, uur, en plaats onverwijld aankondiging in de Staatscourant.

Dit betekent letterlijk: De bewindvoerder moet de vastgestelde dag, het uur en de plaats van de zitting onverwijld (zonder onnodige vertraging) aankondigen in de Staatscourant.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad72x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:2935

ECLI:NL:HR:2014:293510 oktober 2014Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtInsolventierecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad24x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2017:1203 - Verlenging schuldsanering vereist toerekenbare tekortkoming, niet slechts schuldeisersbelang

ECLI:NL:HR:2017:120330 juni 2017Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat verlenging van de schuldsaneringstermijn aan het einde van de looptijd enkel mogelijk is bij een toerekenbare tekortkoming van de schuldenaar. Het belang van schuldeisers is geen zelfstandige grond voor verlenging. Nakoming van een door de rechter-commissaris verlaagde inspanningsverplichting geldt niet als tekortkoming.

Civiel RechtInsolventierecht
Hoge Raad22x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BV0890

ECLI:NL:HR:2012:BV089024 februari 2012Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BO5760

ECLI:NL:HR:2011:BO576028 januari 2011Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2007:AZ2048

ECLI:NL:HR:2007:AZ204819 januari 2007Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2003:AF7542

ECLI:NL:HR:2003:AF754220 juni 2003Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:316

ECLI:NL:HR:2018:3169 maart 2018Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2021:1353

ECLI:NL:HR:2021:135324 september 2021Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2024:710

ECLI:NL:HR:2024:71017 mei 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2013:BZ1702

ECLI:NL:HR:2013:BZ170229 maart 2013Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak