Terug naar bibliotheek
Titel I. Van faillissement
Eerste afdeling. Van de faillietverklaring
Artikel 2

Artikel 2 (Bevoegde rechtbank faillietverklaring)

Laatste versie

1. De faillietverklaring geschiedt door de rechtbank van de woonplaats des schuldenaars.

2. Indien de schuldenaar zich buiten het Rijk in Europa heeft begeven, is de rechtbank zijner laatste woonplaats bevoegd.

3. Ten aanzien van vennoten onder ene firma is de rechtbank, binnen welker gebied het kantoor der vennootschap is gevestigd, mede bevoegd.

4. Indien de schuldenaar binnen het Rijk in Europa geen woonplaats heeft, doch aldaar een beroep of bedrijf uitoefent, is de rechtbank, binnen welker gebied hij een kantoor heeft, bevoegd.

5. Wordt in het geval van het derde of vierde lid door meer dan één daartoe bevoegde rechtbank op verschillende dagen de faillietverklaring uitgesproken, dan heeft alleen de eerst gedane uitspraak rechtsgevolgen. Heeft de uitspraak van verschillende rechtbanken op dezelfde dag plaats, dan heeft alleen de uitspraak van de rechtbank, die in de wet van 10 augustus 1951, Stb. 347 het eerst genoemd wordt, rechtsgevolgen.

Uitleg in duidelijke taal

1. De faillietverklaring geschiedt door de rechtbank van de woonplaats des schuldenaars.

Dit lid bepaalt dat de faillietverklaring wordt uitgesproken door de rechtbank van de woonplaats van de schuldenaar.

2. Indien de schuldenaar zich buiten het Rijk in Europa heeft begeven, is de rechtbank zijner laatste woonplaats bevoegd.

Dit lid stelt dat als de schuldenaar zich naar een locatie buiten het Rijk in Europa heeft begeven (vertrokken is), de rechtbank van zijn laatste woonplaats bevoegd is om de faillietverklaring uit te spreken.

3. Ten aanzien van vennoten onder ene firma is de rechtbank, binnen welker gebied het kantoor der vennootschap is gevestigd, mede bevoegd.

Dit lid specificeert dat met betrekking tot vennoten onder ene firma, de rechtbank in wiens rechtsgebied het kantoor der vennootschap is gevestigd, ook (mede) bevoegd is.

4. Indien de schuldenaar binnen het Rijk in Europa geen woonplaats heeft, doch aldaar een beroep of bedrijf uitoefent, is de rechtbank, binnen welker gebied hij een kantoor heeft, bevoegd.

Dit lid bepaalt dat als de schuldenaar geen woonplaats heeft binnen het Rijk in Europa, maar daar wel (doch aldaar) een beroep of bedrijf uitoefent, de rechtbank bevoegd is in wiens rechtsgebied hij een kantoor heeft.

5. Wordt in het geval van het derde of vierde lid door meer dan één daartoe bevoegde rechtbank op verschillende dagen de faillietverklaring uitgesproken, dan heeft alleen de eerst gedane uitspraak rechtsgevolgen. Heeft de uitspraak van verschillende rechtbanken op dezelfde dag plaats, dan heeft alleen de uitspraak van de rechtbank, die in de wet van 10 augustus 1951, Stb. 347 het eerst genoemd wordt, rechtsgevolgen.

Dit lid regelt de situatie waarin, conform het derde of vierde lid, meer dan één daartoe bevoegde rechtbank de faillietverklaring uitspreekt:

  • Als dit op verschillende dagen gebeurt, dan heeft alleen de eerst gedane uitspraak rechtsgevolgen.
  • Als de uitspraak van verschillende rechtbanken op dezelfde dag plaatsvindt, dan heeft alleen de uitspraak rechtsgevolgen van de rechtbank, die in de wet van 10 augustus 1951, *Stb.* 347 het eerst genoemd wordt.