Terug naar bibliotheek
Boek 7. Bijzondere overeenkomsten
Titel 10. Arbeidsovereenkomst
Afdeling 9. Einde van de arbeidsovereenkomst
Artikel 671c

Artikel 671c (Ontbinding arbeidsovereenkomst op verzoek werknemer)

Laatste versie

1. De kantonrechter kan op verzoek van de werknemer de arbeidsovereenkomst ontbinden wegens omstandigheden die van dien aard zijn dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve dadelijk of na korte tijd behoort te eindigen.

2. Indien het verzoek een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd of een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd betreft die tussentijds kan worden opgezegd, en de kantonrechter het verzoek inwilligt:

a. bepaalt hij op welk tijdstip de arbeidsovereenkomst eindigt; en b. kan hij aan de werknemer een billijke vergoeding toekennen indien de ontbinding van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever.

3. Indien het verzoek een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd betreft die niet tussentijds kan worden opgezegd, en de kantonrechter het verzoek inwilligt, bepaalt hij op welk tijdstip de arbeidsovereenkomst eindigt en:

a. kan hij, indien hem dat met het oog op de omstandigheden billijk voorkomt, de werknemer een vergoeding toekennen tot ten hoogste het bedrag gelijk aan het in geld vastgestelde loon over de termijn dat de arbeidsovereenkomst geduurd zou hebben indien deze van rechtswege zou zijn geëindigd; b. kan hij de werknemer naast de vergoeding, bedoeld in onderdeel a, een billijke vergoeding toekennen indien de ontbinding het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever; of c. kan hij, indien hem dat met het oog op de omstandigheden billijk voorkomt of de ontbinding het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer, de werkgever een vergoeding toekennen tot ten hoogste het bedrag gelijk aan het in geld vastgestelde loon over de termijn dat de arbeidsovereenkomst geduurd zou hebben indien deze van rechtswege zou zijn geëindigd.

4. Bij regeling van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kan worden bepaald dat de kantonrechter de vergoeding, bedoeld in lid 3, onderdeel c, op een hoger bedrag kan stellen, indien de werknemer een in die regeling aan te wijzen functie in een bedrijfstak uitoefende. Uitsluitend functies in een bedrijfstak die zijn aangewezen in de ministeriële regeling, bedoeld in artikel 668a, lid 8, kunnen worden aangewezen als een functie als bedoeld in de eerste zin.

5. Elk beding waarbij de mogelijkheid voor de werknemer om de kantonrechter te verzoeken de arbeidsovereenkomst te ontbinden, bedoeld in lid 1, wordt uitgesloten of beperkt, is nietig.

Uitleg in duidelijke taal

1. De kantonrechter kan op verzoek van de werknemer de arbeidsovereenkomst ontbinden wegens omstandigheden die van dien aard zijn dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve dadelijk of na korte tijd behoort te eindigen.

Dit betekent dat de kantonrechter, als de werknemer hierom verzoekt, de arbeidsovereenkomst kan beëindigen. Dit kan gebeuren vanwege omstandigheden die zodanig zijn dat het, uit oogpunt van redelijkheid (billijkheidshalve), gerechtvaardigd is dat de arbeidsovereenkomst onmiddellijk (dadelijk) of na een korte periode (na korte tijd) tot een einde komt.

2. Indien het verzoek een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd of een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd betreft die tussentijds kan worden opgezegd, en de kantonrechter het verzoek inwilligt:

Dit lid is van toepassing wanneer het verzoek van de werknemer gaat over een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, of over een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd waarbij de mogelijkheid tot tussentijdse opzegging bestaat. Als de kantonrechter dit verzoek goedkeurt (inwilligt), dan geldt het volgende:

a. bepaalt hij op welk tijdstip de arbeidsovereenkomst eindigt; en

Dit houdt in dat de kantonrechter vaststelt op welke datum de arbeidsovereenkomst zal eindigen.

b. kan hij aan de werknemer een billijke vergoeding toekennen indien de ontbinding van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever.

Dit betekent dat de kantonrechter de werknemer een redelijke (billijke) vergoeding kan toewijzen, mits de beëindiging (ontbinding) van de arbeidsovereenkomst veroorzaakt is doordat de werkgever op een ernstig verwijtbare manier heeft gehandeld of heeft nagelaten te handelen.

3. Indien het verzoek een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd betreft die niet tussentijds kan worden opgezegd, en de kantonrechter het verzoek inwilligt, bepaalt hij op welk tijdstip de arbeidsovereenkomst eindigt en:

Dit lid is van toepassing wanneer het verzoek van de werknemer een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd betreft die niet de mogelijkheid tot tussentijdse opzegging biedt. Als de kantonrechter dit verzoek goedkeurt (inwilligt), stelt hij vast op welke datum de arbeidsovereenkomst eindigt en kan het volgende gelden:

a. kan hij, indien hem dat met het oog op de omstandigheden billijk voorkomt, de werknemer een vergoeding toekennen tot ten hoogste het bedrag gelijk aan het in geld vastgestelde loon over de termijn dat de arbeidsovereenkomst geduurd zou hebben indien deze van rechtswege zou zijn geëindigd;

Dit betekent dat de kantonrechter, als hij dit gezien de omstandigheden redelijk (billijk) acht, aan de werknemer een vergoeding kan toewijzen. Deze vergoeding is maximaal gelijk aan het loon (in geld vastgesteld) over de periode die de arbeidsovereenkomst nog had moeten duren als deze automatisch (van rechtswege) was beëindigd.

b. kan hij de werknemer naast de vergoeding, bedoeld in onderdeel a, een billijke vergoeding toekennen indien de ontbinding het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever; of

Dit houdt in dat de kantonrechter, bovenop de vergoeding genoemd in onderdeel a, de werknemer een extra redelijke (billijke) vergoeding kan geven als de beëindiging (ontbinding) is veroorzaakt door ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever.

c. kan hij, indien hem dat met het oog op de omstandigheden billijk voorkomt of de ontbinding het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer, de werkgever een vergoeding toekennen tot ten hoogste het bedrag gelijk aan het in geld vastgestelde loon over de termijn dat de arbeidsovereenkomst geduurd zou hebben indien deze van rechtswege zou zijn geëindigd.

Dit betekent dat de kantonrechter, als hij dit gezien de omstandigheden redelijk (billijk) acht, óf als de beëindiging (ontbinding) het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer, aan de werkgever een vergoeding kan toewijzen. Deze vergoeding is maximaal gelijk aan het loon (in geld vastgesteld) over de periode die de arbeidsovereenkomst nog had moeten duren als deze automatisch (van rechtswege) was beëindigd.

4. Bij regeling van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kan worden bepaald dat de kantonrechter de vergoeding, bedoeld in lid 3, onderdeel c, op een hoger bedrag kan stellen, indien de werknemer een in die regeling aan te wijzen functie in een bedrijfstak uitoefende. Uitsluitend functies in een bedrijfstak die zijn aangewezen in de ministeriële regeling, bedoeld in artikel 668a, lid 8, kunnen worden aangewezen als een functie als bedoeld in de eerste zin.

Dit lid stelt dat via een regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kan worden vastgelegd dat de kantonrechter de vergoeding, zoals genoemd in lid 3, onderdeel c (de vergoeding aan de werkgever), op een hoger bedrag mag vaststellen. Dit is mogelijk indien de werknemer een specifieke, in die ministeriële regeling genoemde, functie binnen een bedrijfstak bekleedde. Alleen functies binnen een bedrijfstak die expliciet zijn genoemd in de ministeriële regeling waarnaar artikel 668a, lid 8, verwijst, kunnen worden aangemerkt als een functie die onder deze bepaling valt.

5. Elk beding waarbij de mogelijkheid voor de werknemer om de kantonrechter te verzoeken de arbeidsovereenkomst te ontbinden, bedoeld in lid 1, wordt uitgesloten of beperkt, is nietig.

Dit betekent dat elke afspraak (beding) die de mogelijkheid voor de werknemer om de kantonrechter te vragen de arbeidsovereenkomst te beëindigen (zoals beschreven in lid 1) uitsluit of vermindert, ongeldig (nietig) is.

Gerelateerde rechtspraak