Artikel 51 (Keuze, eisen en aanvulling van zekerheid)
1. Wanneer uit de wet voortvloeit dat iemand verplicht is tot het stellen van zekerheid of dat het stellen van zekerheid voorwaarde is voor het intreden van enig rechtsgevolg, heeft hij die daartoe overgaat, de keuze tussen persoonlijke en zakelijke zekerheid.
2. De aangeboden zekerheid moet zodanig zijn, dat de vordering en, zo daartoe gronden zijn, de daarop vallende rente en kosten behoorlijk gedekt zijn en dat de schuldeiser daarop zonder moeite verhaal zal kunnen nemen.
3. Is de gestelde zekerheid door een niet aan de schuldeiser toe te rekenen oorzaak onvoldoende geworden, dan is de schuldenaar verplicht haar aan te vullen of te vervangen.
Uitleg in duidelijke taal
1. Wanneer uit de wet voortvloeit dat iemand verplicht is tot het stellen van zekerheid of dat het stellen van zekerheid voorwaarde is voor het intreden van enig rechtsgevolg, heeft hij die daartoe overgaat, de keuze tussen persoonlijke en zakelijke zekerheid.
Dit artikelonderdeel stelt dat als uit de wet voortvloeit dat een persoon verplicht is tot het stellen van zekerheid, of als het stellen van zekerheid een voorwaarde is voor het intreden van enig rechtsgevolg, de persoon die overgaat tot het stellen van die zekerheid, de keuze heeft tussen persoonlijke zekerheid en zakelijke zekerheid.
2. De aangeboden zekerheid moet zodanig zijn, dat de vordering en, zo daartoe gronden zijn, de daarop vallende rente en kosten behoorlijk gedekt zijn en dat de schuldeiser daarop zonder moeite verhaal zal kunnen nemen.
Dit artikelonderdeel bepaalt dat de aangeboden zekerheid van een dusdanige kwaliteit en omvang moet zijn dat de vordering van de schuldeiser, en, indien daarvoor gronden zijn, ook de rente en kosten die op de vordering vallen, behoorlijk gedekt zijn. Verder moet de zekerheid zodanig zijn dat de schuldeiser daarop zonder moeite verhaal zal kunnen nemen.
3. Is de gestelde zekerheid door een niet aan de schuldeiser toe te rekenen oorzaak onvoldoende geworden, dan is de schuldenaar verplicht haar aan te vullen of te vervangen.
Dit artikelonderdeel schrijft voor dat indien de gestelde zekerheid onvoldoende is geworden door een oorzaak die niet aan de schuldeiser toe te rekenen is, de schuldenaar verplicht is deze zekerheid aan te vullen of te vervangen.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2022:1740 - Uitleg Vriendschapsverdrag Colombia en plicht tot onderzoek alternatieve zekerheidstelling
Het Vriendschapsverdrag met Colombia (1829) ontslaat niet van de plicht tot zekerheidstelling voor proceskosten. Als een partij een bevolen vorm van zekerheid niet kan stellen maar alternatieven aanbiedt, is de rechter verplicht te onderzoeken of deze alternatieven volstaan en zijn eerdere beslissing eventueel te heroverwegen.
ECLI:NL:HR:2019:1607
ECLI:NL:HR:2022:1181
ECLI:NL:HR:2005:AR7350
ECLI:NL:HR:2021:1804 - Notaris Aansprakelijk: Bankgarantie Moet Gelijkwaardig Zijn aan Depot
Een vervangende bankgarantie onder art. 7:768 BW moet gelijkwaardig zijn aan het depot. Een garantie met voorwaarden die het inroepen praktisch onmogelijk maken, zoals een extreem korte termijn, voldoet niet. De notaris die een dergelijke garantie accepteert, schendt zijn zorgplicht.
ECLI:NL:HR:2021:1803 - Zorgplicht bank bij afgifte bankgarantie met voor begunstigde nadelige vervaltermijn
Een bank die een bankgarantie stelt, moet onder bijzondere omstandigheden de kenbare belangen van de begunstigde in acht nemen. Dit kan meebrengen dat de bank, ondanks het abstracte karakter van de garantie, acht moet slaan op de onderliggende rechtsverhouding.